GS-Besluiten

Essentie/ samenvatting:
Op 19 november 2024 hebben GS de Tenderregeling “Groen groeit mee” vastgesteld (UTSP-238952039-17862), onder de voorwaarde dat PS besluit om een bedrag van € 10 miljoen uit de saldireserve hiervoor vrij te maken. Op 19 november is ook het Statenvoorstel (UTSP-270842183-3) vastgesteld door GS, waarin PS is verzocht een bedrag van € 10 miljoen uit de saldireserve beschikbaar te stellen voor de Tenderregeling Groen Groeit Mee. Bij de behandeling van dit Statenvoorstel op 5 februari 2025 is het amendement (A25-13) Publieke toegankelijkheid bij Groen Groeit Mee aangenomen. Met dat amendement wordt publiek toegankelijk en beleefbaar groen als eerste vereist bij de aanvragen. Het Wijzigingsbesluit Tenderregeling Groen Groeit Mee (UTSP-238952039- 20374) is vastgesteld op 18 februari 2025.

Onderdeel van het proces om te komen tot toekenning van middelen vanuit de Tenderregeling is het oordeel van een onafhankelijke Adviescommissie, die – ondersteund door een ambtelijke provinciale werkgroep – op basis van haar oordeel advies geeft aan GS voor de toekenning (of afwijzing) van de aanvraag.

Voor de instelling van de Adviescommissie is een Instellingsbesluit van GS vereist. Dat besluit ligt nu voor.

Essentie / samenvatting:
De vragen gesteld door UtrechtNu! betreffen het wolfincident op landgoed Den Treek op 19 mei 2025. Vragensteller trekt de vergelijking met een incident op de Hoge Veluwe en wil weten of ook de provincie Utrecht een afschotvergunning gaat afgeven. De beantwoording maakt helder dat er daarvoor eerst een vergunningsaanvraag moet worden ingediend. Is dat het geval dan beoordeelt de provincie Utrecht die aanvraag. Tevens maakt de beantwoording helder dat de gemeente bevoegd gezag is mocht er noodzaak zijn tot een gebiedsafsluiting.

Essentie / samenvatting:
Op grond van de door Provinciale Staten op 20 september 2023 vastgestelde Verordening Europese Landbouwsubsidies 2023-2027 provincie Utrecht kunnen Gedeputeerde Staten van Utrecht openstellingen van subsidieregelingen in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) vaststellen. De openstelling Kennis en Informatie provincie Utrecht 2025 wordt van 15 juli tot en met 30 september 2025 opengesteld met een bedrag van € 668.000 en is gericht op het stimuleren van het delen van kennis over het bereiken van rendabele natuurinclusieve kringlooplandbouw onder groepen landbouwers.

Essentie / samenvatting:
Net als alle provincies, beschikt de provincie Utrecht vanwege de wet milieubeheer (artikel 15:47) over een nazorgfonds stortplaatsen. Dit fonds dient voor een eeuwigdurende nazorg van stortplaatsen te zorgen en ervoor te zorgen dat de stortplaatsen geen nadelige gevolgen voor het milieu veroorzaken. De middelen hiervoor worden bijeen gebracht in een provinciaal nazorgfonds. In de provincie Utrecht is er momenteel slechts één stortplaats welke onder het fonds valt: de stortplaats van Afvalverwerking Renewi BV te Amersfoort (stortplaats Renewi).

Het bestuur van het nazorgfonds wordt gevormd door het college van Gedeputeerde Staten. Dit bestuur stelt de jaarverslagen en begrotingen vast. Gebruikelijk is dat GS PS hierover informeert.

Essentie / samenvatting:
Op 23 juni as. vindt de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) van de Ontwikkelmaatschappij Utrecht N.V. (OMU) plaats. De vergadering staat in het teken van de jaarstukken 2024 en het vooruitblikken op meerdere strategische onderwerpen (staatssteunvraagstukken, aanvullende financieringsmogelijkheden en de voorbereiding op een mogelijke koersbijstelling). Daarnaast worden tijdens de AVA actualiteiten gedeeld.

Essentie / samenvatting:
Vanuit de meicirculaire 2025 volgen financiële bijstellingen die betrekking hebben op de uitkering uit het provinciefonds, gebaseerd op het huidige verdeelmodel. Over de jaren 2025-2029 is er sprake van een positief effect van de uitkering provinciefonds. De opbrengsten van de motorrijtuigenbelasting zijn echter vanwege de foutieve berekening door de Belastingdienst neerwaarts bijgesteld. Per saldo leidt dit tot een negatief effect.

Essentie / samenvatting:
Door PvdD en GroenLinks is een vraag gesteld over het afschot van reeën en hoe daarbij rekening wordt gehouden met wolven en hun behoefte aan voedsel. In de beantwoording wordt aangegeven dat het afschot van reeën plaatsvindt in het kader van verkeersveiligheid en het benodigde afschot jaarlijks wordt bijgesteld in werkplannen. Als uit tellingen blijkt dat er minder reeën in een werkgebied aanwezig zijn, en dus minder afschot noodzakelijk is, wordt het afschot in dat werkgebied minder. De Faunabeheereenheid (FBE) coördineert dit beheer op basis van het huidige Faunabeheerplan 2019-2025, de brede reeënbeheercommissies stellen werkplannen op waarin het benodigde afschot wordt vastgelegd per werkgebied.

Essentie/ samenvatting:
Twee bezwaarmakers hebben op 27 en 28 november 2023 pro forma bezwaar aangetekend, aangevuld op 23 december 2023 en 25 januari 2024, tegen het besluit van 19 oktober 2023 van Gedeputeerde Staten (hierna: GS) met betrekking tot de verleende ontheffing op grond van de Interim Omgevingsverordening provincie Utrecht voor het storten, ophogen en egaliseren van percelen. De Awb-adviescommissie (hierna: de commissie) heeft op 30 april 2025 advies uitgebracht en acht de bezwaargronden, met betrekking tot de belangenafweging, gegrond. De commissie adviseert om het besluit nader te motiveren door de belangen inzake de waterhuishouding te toetsen.

Essentie / samenvatting:
Op 4 oktober 2024 hebben de Vereniging Gelijkberechtiging Grondbezitters (kortweg VGG) en de terreinbeherende organisaties, Natuurmonumenten en de twaalf provinciale landschappen (kortweg TBO’s), een vaststellingsovereenkomst ondertekend. Ook is er op 22 november 2024 een convenant gesloten over het van overheidswege bieden van gelijke kansen bij de uitgifte van gronden voor natuur. Het convenant is ondertekend door het Rijk, Staatsbosbeheer, VGG en de TBO’s . Hiermee is een einde gekomen aan een langlopend conflict tussen de overheid, de VGG en de TBO’s over gelijkberechtiging bij grondoverdracht. Het geschil over de ongelijke behandeling bij de toedeling van gronden is voor VGG reden geweest om bij de Europese Commissie (kortweg EC) in 2008 een klacht in te dienen met betrekking tot ongeoorloofde staatssteun. De klacht betrof subsidies voor aankoop van natuurgrond die zijn verleend in het kader van de Regeling subsidies particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties (kortweg PNB) in de periode 1993 – 2012 aan de TBO’s. Mocht deze klacht gegrond worden verklaard, dan zullen de provincies en het rijk mogelijk de ten onrechte verleende subsidies en rente moeten terugvorderen bij de TBO’s. Hierdoor zouden de TBO’s financieel in zwaar weer kunnen komen. De VGG heeft, na ondertekening van het convenant en de vaststellingsovereenkomst, de klacht bij de EC ingetrokken. Natuurmonumenten en Utrechts Landschap verzoeken de provincie Utrecht om in een brief aan te geven dat de provincie niet op eigen initiatief subsidie die is verstrekt PNB-subsidie en/of rente zal terugvorderen. Gedeputeerde Staten besluiten nu in een brief te bevestigen niet uit zichzelf PNB-subsidie en/of rente terug te vorderen.

Essentie / samenvatting:
Op 9 mei 2025 heeft de rechtbank Midden Nederland een beroep met zaaknummer UTR 23 / 3870 NATUUR V147, ingesteld tegen een beslissing op bezwaar van GS, gegrond verklaard, GS veroordeeld in de proceskosten en GS opgedragen om binnen 6 weken na de uitspraak een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen.

Onderwerp van deze uitspraak is het afwijzend beslissen, door de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht (RUD) in mandaat, op een verzoek om handhavend op te treden tegen 2 biomassacentrales in Amersfoort, te weten aan de Magnesiumweg 8 en de Computerweg 22.

Het verzoek tot handhaving is ingediend door Coöperatie Mobilisation for the Environment U.A. omdat zij van mening is dat sprake is van een overtreding van artikel 2.7 van de Wet natuurbescherming; ten onrechte zijn geen natuurvergunningen verleend voor deze biomassacentrales.

Gevraagd wordt een procesbesluit te nemen om in hoger beroep te gaan tegen voornoemde uitspraak en af te wijken van de raamovereenkomst voor rechtskundige diensten die de provincie Utrecht met advocatenkantoor Straatman & Koster heeft gesloten voor -in dit geval-het perceel omgevingsrecht.