Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

GS-Besluiten

dinsdag 9 december 2025

09:30 - 12:30
Locatie

16.30

Voorzitter
J.H. Oosters

Agendapunten

  1. 0.08.H

    Essentie / samenvatting:
    De provincie Zuid-Holland onderzoekt waar in de regio’s Holland Rijnland, Midden-Holland en Drechtsteden nog ruimte is voor nieuwe windmolens. In een omgevingseffectrapportage (OER) is bekeken welke locaties het meest geschikt zijn voor windenergie. De provincie Zuid-Holland heeft deze locaties gepubliceerd en sommige locaties liggen nabij de provinciegrens van de provincie Utrecht. Langs deze provinciegrens liggen ook weidevogelgebieden en kansrijke gebieden voor windenergie. De vragen en antwoorden gaan in op de afstemming tussen beide provincies over de weidevogels en de participatie van omwonenden.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 51 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Vermaat van SGP betreffende ‘Windplannen op de grens en weidevogels’ vast te stellen en te verzenden.

  2. 0.10.H

    Essentie / samenvatting:
    Het subsidieplafond van de subsidieregeling Recreatie en Toerisme 2022-2025 wordt dit jaar overschreden. Indien alle aanvragen (volledig) worden gehonoreerd, leidt dit tot een maximale overschrijding van € 45.565. Alle aanvragen voldoen inhoudelijk aan de subsidiecriteria, en worden behandeld op volgorde van binnenkomst. Indien het subsidieplafond niet wordt opgehoogd zullen de aanvragen die het laatst zijn binnengekomen, waaronder een aanvraag voor het realiseren van openbare toiletten, worden afgewezen. Gezien het belang dat Provinciale Staten hechten aan meer openbare toiletvoorzieningen in recreatie- en natuurgebieden, is dat niet wenselijk. Er is geen mogelijkheid om de aanvragen door te schuiven naar 2026, omdat deze subsidieregeling op 1 januari 2026 vervalt . Deze overschrijding kan worden opgevangen binnen programma 8 van de begroting.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het besluit tot wijziging (inhoudende ophogingen van het subsidieplafond) van de subsidieregeling Recreatie en Toerisme 2022-2025 Provincie Utrecht, nummer UTSP432403905-48668 vast te stellen;
    2. het besluit tot wijziging van de subsidieregeling Recreatie en Toerisme 2022-2025 Provincie Utrecht te publiceren in het provinciaal blad.

  3. 0.11.H

    Essentie / samenvatting:
    In de Financiële Verordening 2025 wordt in artikel 15 over de financieringsfunctie aangegeven dat Provinciale Staten iedere 4 jaar het Treasurystatuut vaststelt. Het huidige Treasurystatuut is in 2023 vastgesteld. In 2020 is de Nota financieringsbeleid vastgesteld. In deze nota zijn de kaders opgenomen over de financiële instrumenten garanties, leningen en revolverende fondsen. Deze kaders zijn voor een belangrijk deel ook opgenomen in het Treasurystatuut 2023. Om te zorgen dat de kaders over de financiële instrumenten in één beleidsnota zijn beschreven, is het Treasurystatuut geactualiseerd met de kaders vanuit de Nota Financieringsbeleid 2020. Ook zijn verbeterpunten uit de evaluatie van het Treasurystatuut 2023 verwerkt.


    In het Treasurystatuut 2026 zijn de kaders opgenomen vast te stellen door Provinciale Staten. De uitvoeringregels van de kaders zijn opgenomen in de Uitvoeringsrichtlijnen financiële instrumenten vast te stellen door Gedeputeerde Staten.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het Statenvoorstel Treasurystatuut 2026 vast te stellen en met het Treasurystatuut 2026 ter besluitvorming aan Provinciale Staten toe te zenden;
    2. de Uitvoeringsrichtlijnen financiële instrumenten vast te stellen.

  4. 0.19.H

    Essentie / samenvatting:
    De provincie Utrecht, de gemeente Woerden en de gemeente Montfoort willen samenwerken aan de ontwikkeling van windturbines in de polders Reijerscop en Cattenbroek. Hiervoor is gewerkt aan het uitwerken van afspraken over de samenwerking in een bestuursovereenkomst. Hierin staat de rolverdeling van de partijen omschreven en zijn afspraken gemaakt over de planning en kosten.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de bestuursovereenkomst met gemeenten Woerden en Montfoort over windenergie in gebied 24 vast te stellen en aan te gaan.

  5. 0.20.H

    Essentie / samenvatting:
    Landelijk is er zowel bij het Rijk als bij decentrale overheden steeds meer aandacht voor Publieke Mobiliteit. Ook binnen de provincie Utrecht (hierna: de provincie) wordt Publieke Mobiliteit als beleidsthema omarmd. In het uitvoeringsprogramma Publieke Mobiliteit (hierna: het uitvoeringsprogramma) is aangegeven de provinciale strategie en aanpak van Publieke Mobiliteit verder uit te werken. Dit heeft een achttal opgaven opgeleverd op het gebied van Publieke Mobiliteit, die verder uitgewerkt moesten worden. Met de Statenbrief Stand van zaken transitie Publieke Mobiliteit wordt de voortgang van het uitvoeringsprogramma en de transitie naar een Publieke Mobiliteit weergegeven en beschouwt GS de motie M25-86 ‘Dank je voor het Meerijdbankje!’ van de SP als afgedaan en stelt voor deze motie af te doen in het eerstvolgende Statenvoorstel Motielijst.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief ‘Stand van zaken transitie Publieke Mobiliteit’ vast te stellen en ter informatie toe te sturen naar Provinciale Staten.

  6. 0.24.H

    Essentie/ samenvatting:
    Op 25 maart 2025 hebben GS besloten om de adaptieve programmering voor acht nieuwe doorfietsroutes (DFR) in de periode 2025-2029 vast te stellen, verdeeld in twee fasen. Daarnaast hebben GS besloten om de intentieovereenkomsten voor de eerste vier te onderzoeken routes aan te gaan. Een van deze routes is de doorfietsroute Mijdrecht-Uithoorn-Schiphol. Omdat de provincie voor deze route samenwerkt met de Vervoerregio Amsterdam en private partij Royal Schiphol Group N.V., wijkt de intentieovereenkomst materieel af van de vastgestelde standaard intentieovereenkomst.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de intentieovereenkomst betreffende de Doorfietsroute F196 tussen Mijdrecht – Uithoorn en Schiphol vast te stellen en aan te gaan.

  7. 0.26.H

    Op 10 december as. vindt de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) van de Ontwikkelmaatschappij Utrecht N.V. (OMU) plaats. De vergadering staat in het teken van de jaarstukken 2025, begroting 2026, het afscheid van de huidige voorzitter van de Raad van Commissarissen en het vergaderschema voor 2026. Daarnaast worden tijdens de AVA actualiteiten door de Raad van Commissarissen en de Directie met de aandeelhouder gedeeld.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten en de commissaris van de Koning, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft, besluiten:
    1. de geannoteerde agenda voor de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 10 december 2025 vast te stellen en conform de annotatie te stemmen ten aanzien van de volgende onderwerpen: a. Agendapunt 2: Verslag van de AVA op 23 juni 2025, b. Agendapunt 3: Begroting 2026 en c. Agendapunt 4: Rooster vergaderingen commissariaten en AVA OMU;
    2. volmacht en machtiging te geven aan de portefeuillehouder deelnemingen om bij de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 10 december 2025 namens de provincie Utrecht het woord te voeren en conform de geannoteerde agenda te stemmen.

  8. 0.27.H

    Essentie / samenvatting:
    Onderdeel van een integere organisatie is transparantie, daarom is in de gedragscode voor GS vastgelegd dat geschenken worden geregistreerd. Deze informatie wordt openbaar gemaakt zodat iedereen kan zien welke geschenken zijn ontvangen en wie de gever van het geschenk is. Dit overzicht betreft het derde kwartaal 2025.Gedeputeerde Sterk heeft deze periode geen geschenken mogen ontvangen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. vast te stellen dat er in het derde kwartaal 2025 geen geschenk boven de €50,- is ontvangen;
    2. de overzichten vast te stellen van de door de gedeputeerden en de commissaris van de koning ontvangen geschenken in het derde kwartaal 2025.

  9. 04

    Essentie / samenvatting:
    Ook in de provincie Utrecht worden PFAS-pesticiden in de landbouw gebruikt, met name in de teelt van (niet biologisch) hard fruit (peren en appels) en snijmaïs. Eén van de afbraakproducten van PFAS (trifluorazijnzuur (TFA), zelf ook een PFAS) komt vaak en soms in hoge concentraties voor in ons oppervlaktewater, grondwater en in toenemende mate in ons drinkwater. Er blijkt een relatie tussen het gebruik van PFAS-pesticiden en het aantreffen van TFA in grondwater. Aangezien PFAS negatieve gezondheidseffecten heeft voor mens en dier verwachten we van de rijksoverheid dat ze toewerken naar het uitfaseren van PFAS in gewasbeschermingsmiddelen. Ook verwachten we een betere registratie van PFAS in pesticiden en het openbaar maken van deze gegevens. Daarnaast nemen wij als provincie ook acties om het gebruik van PFASpesticiden maximaal uit te faseren, zoals een verbod op uitbreiding van sierteelt, het uitbreiden van onze grondwateranalyses en het informeren van onze agrariërs. Ook zijn we aan het onderzoeken of we één of meerdere gewasbeschermingsmiddelen gaan verbieden in grondwaterbeschermingsgebieden.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief ‘Aanpak PFAS-pesticiden’ vast te stellen en ter informatie toe te sturen naar Provinciale Staten.

  10. 05

    Essentie / samenvatting:
    Op basis van artikel 8.1 van de Omgevingswet (Ow), en artikel 11.63, eerste lid van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal), dienen de jacht en de bestrijding van schadeveroorzakende dieren te geschieden op basis van een faunabeheerplan (FBP). In het FBP is opgenomen voor welke diersoorten een planmatige bestrijding noodzakelijk wordt geacht en hoe dit vormgegeven wordt. De Stichting Faunabeheereenheid Utrecht (FBE) stelt het FBP op en stelt het vast. Op grond van artikel 8.1, tweede lid van de Ow, dient het FBP voor maximaal 6 jaar goedgekeurd te worden door Gedeputeerde Staten (GS). De FBE heeft haar FBP 2026-2031 op 31 oktober 2025 aangeboden aan GS ter goedkeuring en GS keurt dit FBP 2026-2031 goed op een aantal onderdelen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het Faunabeheerplan 2026-2031 van de Stichting Faunabeheereenheid Utrecht goed te keuren ten aanzien van de volgende soorten en onderdelen:
    a. schadebestrijding uitvoeren op basis van omgevingsvergunningen voor grauwe-, brand- en kolgans, knobbelzwaan, meerkoet, smient, ree, damhert en bever;
    b. het niet kunnen gebruiken van de landelijke aanwijzing als vergunningsvrij geval voor konijn;
    c. het niet kunnen uitvoeren van de jacht op haas en konijn;
    d. het kunnen uitvoeren van jacht op de houtduif, fazant en wilde eend.
    2. goedkeuring te onthouden aan het Faunabeheerplan 2026-2031 van de Stichting Faunabeheereenheid Utrecht voor wat betreft de volgende soorten en onderdelen:
    a. het kunnen toepassen van de landelijke aanwijzing voor vos, houtduif, Canadese gans (grote en kleine), kauw, zwarte kraai als vergunningsvrij geval;
    b. het uitvoeren schadebestrijding op basis van omgevingsvergunningen voor de Canadese- en kleine Canadese gans.
    3. het goedkeuringsbesluit “Faunabeheerplan 2026-2031” te laten gelden vanaf 1 januari 2026 tot en met 31 december 2031;
    4. de afdoeningsbrief vast te stellen en te verzenden aan de Faunabeheereenheid. 5. De Statenbrief vast te stellen en met het op onderdelen goedgekeurde plan ter informatie toe te sturen naar Provinciale Staten.

  11. 06

    Essentie / samenvatting:
    In de omgeving van Amersfoort-Noord moet een 150 kV hoogspanningsstation inclusief ondergrondse kabelverbindingen door TenneT worden gerealiseerd. Provincie Utrecht is bevoegd gezag om dit planologisch mogelijk te maken met een projectbesluit. Gedeputeerde Staten hebben op 27 mei jl. besloten om een projectprocedure voor dit project te doorlopen. TenneT heeft een haalbaarheidsstudie uitgevoerd waaruit op basis van verdiepend ruimtelijke onderzoek het deelgebied bij Bunschoten, gelegen aan de oostzijde van het bedrijventerrein Haarbrug Zuid, is gekomen. De participatie is inmiddels gestart op verzoek van TenneT. De SGP fractie van Provinciale Staten heeft vragen gesteld in het kader van art. 51 van het Reglement van Orde van de Provincie Utrecht. Deze vragen zijn beantwoord in de ‘brief beantwoording art. 51’ (UTSP-1457258195- 10328).

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 51 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Vermaat (SGP) betreffende hoogspanningsstation Amersfoort Noord vast te stellen en te verzenden.

  12. 07

    Essentie / samenvatting:
    Op 23 november zijn twee art. 51-vragen gesteld over de uitkomsten van de recentste mondiale klimaattop in het Braziliaanse Belém en de doorwerking van deze uitkomsten op het klimaatbeleid van de provincie Utrecht. De in Brazilië gemaakte afspraken geven vooralsnog geen aanleiding om ons klimaatmitigatie- en -adaptatiebeleid aan te passen of aan te scherpen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 51 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Rikkoert van de ChristenUnie betreffende de vertaling van de COP30- klimaatafspraken naar provinciaal beleid vast te stellen en te verzenden.

  13. 09

    Essentie / samenvatting:
    De nieuwe subsidieregeling Versnelling Woningbouw 2026-2028 actualiseert het kader voor subsidies binnen het Programma Versnelling Woningbouw in de provincie Utrecht. De regeling is gebaseerd op de huidige Uitvoeringsverordening (2021-2024) en aangepast aan de doelen van het nieuwe Programma Versnelling Woningbouw 2025-2028, praktijkervaringen en actuele ontwikkelingen in het werkveld. Het doel is het vergroten van de woningbouwproductie door ondersteuning van projecten die bijdragen aan versnelling, een passend woningaanbod en toekomstbestendigheid van de woningbouw.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de subsidieregeling Versnelling Woningbouw 2026-2028 vast te stellen.

  14. 12

    Met het oog op een rechtmatige en zorgvuldige werkwijze wordt aan Provinciale Staten voorgesteld het delegatiebesluit aan Gedeputeerde Staten voor het inbrengen van zienswijzen op de financiële stukken van verbonden partijen (gemeenschappelijke regelingen), in te trekken. Hierdoor kan de planning- en control cyclus met betrekking tot gemeenschappelijke regelingen vanaf 2026 volledig volgens de nieuwe, gewenste werkwijze worden uitgevoerd. Vanaf de intrekking van het delegatiebesluit zullen niet langer Gedeputeerde Staten, maar Provinciale Staten zienswijzen indienen bij gemeenschappelijke regelingen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    het Statenvoorstel ‘Intrekking delegatiebesluit zienswijzen verbonden partijen vast te stellen en ter besluitvorming toe te sturen naar Provinciale Staten, met in dit statenvoorstel de volgende beslispunten: a. Het delegatiebesluit ‘inbreng van zienswijzen op verbonden partijen’ (PS2022BEM09 onder dictum 3) in te trekken en b. De wijzigingen in de Nota Samenwerkende partijen 2022 vast te stellen en het wijzigingsoverzicht als addendum bij de aangepaste Nota Samenwerkende partijen 2022 te voegen

  15. 13

    Essentie / samenvatting:
    Het beleidsprogramma Energietransitie 2026-2030 heeft ter inzage gelegen nadat GS het ontwerp had vastgesteld. Dit heeft geleid tot een aantal wijzigingen. Het beleidsprogramma ligt nu voor ter vaststelling. Met de Statenbrief “Vaststellen beleidsprogramma energietransitie 2026-203o provincie Utrecht” worden PS geïnformeerd over het vaststellen van het beleidsprogramma en de reacties die op de terinzagelegging zijn ingediend.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het definitieve beleidsprogramma “Energietransitie 2026-2030 provincie Utrecht” en de Nota van Beantwoording horende bij dit beleidsprogramma vast te stellen;
    2. de Statenbrief ‘Vaststellen beleidsprogramma energietransitie 2026-2030 provincie Utrecht” vast te stellen en met het beleidsprogramma en de Nota van Beantwoording ter informatie toe te sturen naar Provinciale Staten.

  16. 14

    Essentie / samenvatting:
    De accountant (PwC) heeft de Rapportage interim-bevindingen (hierna: Managementletter) en Boardletter 2025 uitgebracht. De Managementletter is bestemd voor het directieteam en Gedeputeerde Staten. De Boardletter, gericht aan Provinciale Staten, is een samenvatting van de Managementletter, maar heeft dezelfde kernboodschappen. De accountant geeft haar visie en bevindingen op de interne beheersing van de provincie. Daarnaast is er aandacht voor relevante ontwikkelingen voor de provincie en de status van voorbereiding op deze ontwikkelingen. Met dit voorstel en de Statenbrief wordt ingegaan op de belangrijkste kernboodschappen die de accountant meegeeft en de reactie vanuit de organisatie op deze kernboodschappen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief "Boardletter 2025" vast te stellen en met de Boardletter 2025 ter informatie toe te sturen aan PS.

  17. 15

    Essentie / samenvatting:
    In het definitieve Beleidsprogramma Recreatie, Toerisme, Sport en Bewegen 2026 – 2029 is het beleid voor de komende vier jaar op het gebied van recreatie, toerisme, sport en bewegen opgenomen. Het programma is gebaseerd op de Omgevingsvisie van de provincie Utrecht, de Nadere Kaderstelling (d.d. 4 juni 2025), het coalitieakkoord ‘Aan de slag voor Utrecht’ 2023 – 2027, een participatieproces met stakeholders en evaluaties van de vorige beleidsperiode. Het programma heeft van 2 september tot en met 13 oktober 2025 ter inzage gelegen en is op 17 september besproken in de commissie Bestuur, Economie en Cultuur en Erfgoed (BEC). De input uit het zienswijzentraject en de commissie BEC en voorgestelde aanpassingen zijn verwerkt in een Nota van Beantwoording. Het definitieve programma, de Nota van Beantwoording, een monitoringsplan en bijbehorende Statenbrief worden ter bespreking geagendeerd voor de commissie BEC d.d. 21 januari. Per 1 januari 2026 start de uitvoering.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het Beleidsprogramma Recreatie, Toerisme, Sport en Bewegen 2026 – 2029 inclusief bijlagen vast te stellen;
    2. de Statenbrief Definitief Beleidsprogramma Recreatie, Toerisme, Sport en Bewegen 2026 – 2029 met bijlagen (Beleidsprogramma, Nota van Beantwoording, Monitoringsplan en Infographic) vast te stellen en ter bespreking te sturen aan de commissie BEC.

  18. 16

    Essentie / samenvatting:
    Het Koersdocument “Samen op koers naar duurzame infrastructuur in 2030” is geactualiseerd. Het biedt een actueel overzicht van de voortgang en vervolgstappen op het gebied van het verduurzamen van de provinciale infrastructuur, met vier thema’s: klimaatneutraal, circulair, klimaatbestendig en natuurinclusief. Op basis van drie jaar praktijkervaring zijn de uitvoering en samenwerkingsvormen aangescherpt en zijn concrete handvatten opgenomen voor de voorbereiding en uitvoering van projecten en het assetbeheer in komende jaren.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief “Herijking van het Koersdocument “Samen op koers naar duurzame infrastructuur in 2030”” vast te stellen en ter informatie aan Provinciale Staten toe te zenden.

  19. 17

    Essentie / samenvatting:
    Op 23 april 2025 is motie ‘M25/27-Beperk-houtgestookte-biomassacentrale-conform-vastgestelde-energievisie’ door Provinciale Staten aangenomen.


    In de motie verzoeken Provinciale Staten aan Gedeputeerde Staten om te onderzoeken wat voor Gedeputeerde Staten de mogelijkheden zijn om de aanleg van een in 2018 door Gedeputeerde Staten vergunde houtgestookte biomassacentrale (als onderdeel van een te bouwen asfaltcentrale) (hierna: ACLW-centrale) te beperken of te voorkomen en hierover Provinciale Staten te berichten. Het gaat daarbij om de aanleg van de ACLW-centrale op de locatie Isotopenweg 21A in de gemeente Utrecht.


    Provinciale Staten worden door middel van een Statenbrief door Gedeputeerde Staten geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief ‘Motie M25/27 Beperk inzet houtgestookte biomassacentrale ACLW, conform vastgestelde energievisie’, inclusief bijlage vast te stellen en ter informatie toe te sturen naar Provinciale Staten.

  20. 18

    Essentie / samenvatting:
    Sinds begin 2025 vervolgt de provincie projectprocedures voor windenergie. Met de Statenbrief Stand van zaken gebieden windenergie worden Provinciale Staten (PS) op de hoogte gebracht van de ontwikkelingen in de gebieden waar de provincie bevoegd gezag is. Ook wordt aangegeven wat de stand van zaken is van de processen voor windenergie die door gemeenten doorlopen worden. Deze zijn immers ook cruciaal voor het halen van onze gemeenschappelijke doelen voor duurzame opwek van energie. Daarnaast worden PS geïnformeerd over de stand van zaken van de voorgenomen nieuwe Rijksnormen voor windenergie en de mogelijkheden voor het stellen van lokale normen, indien de Rijksnormen ten tijde van besluitvorming in de projectprocedures nog niet beschikbaar zijn. Ten slotte worden PS geïnformeerd over de mogelijkheden voor een gezondheidsmonitor, de aanpak voor het opvangen van planuitval in de RES Amersfoort en de stand van zaken in de OER trajecten.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de ‘ Statenbrief stand van zaken gebieden windenergie’ incl. bijlagen vast te stellen en ter informatie toe te sturen aan Provinciale Staten.

  21. 21

    Essentie / samenvatting:
    Provinciale Staten (PS) zijn in oktober 2024 geïnformeerd over de Uitvoeringsagenda Participatie 2025-2027 en de prioritering over de projecten die in 2025 worden uitgevoerd. Provinciale Staten ontvangen aan het einde van het kalenderjaar een update over de stand van zaken, met een doorkijk naar de prioriteiten en participatieinzet in 2026.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief Uitvoeringsagenda Participatie 2026 vast te stellen en ter informatie naar Provinciale Staten te versturen.

  22. 22

    Essentie / samenvatting:
    Op 26 september 2025 heeft het Rijk de Ontwerp-Nota Ruimte gepubliceerd. Hierin legt het Rijk de langetermijnvisie voor de toekomst en de ontwikkeling van de leefomgeving in Nederland vast. In de periode van 6 oktober tot en met 15 december 2025 ligt de Ontwerp-Nota Ruimte ter inzage. Tijdens deze periode kan eenieder een zienswijze indienen.De ontvangen zienswijzen worden door het Rijk verzameld en betrokken bij het opstellen van de definitieve Nota Ruimte. Vanuit de samenwerkende partijen in de Metropoolregio Utrecht (MRU) (provincie Utrecht en gemeenten rondom Utrecht en Amersfoort (U10 en Regio Amersfoort) is ervoor gekozen om één gezamenlijke zienswijze in te dienen. Om zo als één overheid binnen Midden-Nederland een krachtige reactie aan het Rijk te kunnen geven. Er heeft ook afstemming plaatsgevonden met de Regio Foodvalley. De Regio Foodvalley kan zich in de inhoud van de MRU zienswijze vinden, maar heeft besloten om eveneens een eigen zienswijze in te dienen. De Nota Ruimte zal na definitieve vaststelling, de huidige Nationale Omgevingsvisie (NOVI) vervangen. Het betreft een voor het Rijk bindende nationale omgevingsvisie.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de inhoud van de zienswijze van de MRU-partijen op de Ontwerp-Nota Ruimte vast te stellen;
    2. de commissaris van de Koning, Hans Oosters, mandaat en machtiging te verlenen om de zienswijze van de MRU-partijen op de Ontwerp-Nota Ruimte in te dienen bij de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, en om deze zienswijze voorafgaand aan indiening op ondergeschikte onderdelen of redactioneel te wijzigen;
    3. de Statenbrief ‘Zienswijze MRU op de Ontwerp-Nota Ruimte’ vast te stellen en deze, met de zienswijze, ter informatie te versturen aan Provinciale Staten zodra de zienswijze is ingediend.

  23. 23

    Essentie / samenvatting:
    Aan Provinciale Staten is toegezegd hen te informeren over de resultaten van het Actieplan Duurzame Landbouw met Natuur. Het Actieplan is opgesteld door een samenwerkingsverband van LTO Noord, de Utrechtse Agrarische Collectieven, Natuur- en Milieufederatie Utrecht, Landschap Erfgoed Utrecht, Utrechts Particulier Grondbezit, Staatsbosbeer en Natuurmonumenten en was integraal onderdeel van de Samenwerkingsagenda Landbouw 2019. De afgelopen vier jaar heeft het samenwerkingsverband met financiële ondersteuning van de provincie Utrecht een vijftal projecten uitgevoerd. De resultaten van de projecten en de samenwerking zijn geëvalueerd en er is een advies opgesteld over het vervolg. Met een Statenbrief worden Provinciale Staten geïnformeerd over deze evaluatie, de voortzetting van de samenwerking onder de naam Netwerk Duurzame Landbouw met Natuur en hoe Gedeputeerde Staten met het Netwerk willen samenwerken. Hiertoe wordt een Samenwerkingsovereenkomst aangegaan.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de Statenbrief ‘Evaluatie en vervolg Netwerk Duurzame Landbouw met Natuur’ vast te stellen en, inclusief bijlagen, ter informatie toe te sturen naar Provinciale Staten;
    2. de samenwerkingsovereenkomst ‘Stimuleren van natuurinclusieve landbouw in de provincie Utrecht’, inclusief bijlage(n), vast te stellen en aan te gaan.

  24. 25

    Essentie / samenvatting:
    In 2025 hebben de samenwerkende partijen het Ontwikkelperspectief met uitvoeringsstrategie vastgesteld om gezamenlijke doelen, zoals Groen Groeit Mee en het UPLG, te realiseren. De partijen blijven langdurig samenwerken aan projecten om samenhang, kennisdeling en koers te waarborgen.


    De Maatwerkovereenkomst vormt de formele basis voor deze samenwerking: hierin staan de ambities, rollen en verantwoordelijkheden vastgelegd. Zo wordt gezamenlijk eigenaarschap versterkt en de rechtmatige besteding van middelen geborgd.


    Met de vaststelling van deze overeenkomst en daarbij de begroting geeft de provincie aan de UPLG-middelen voor het Kromme Rijn Linielandschap in te gaan zetten. Dit kan gezien worden als het aangaan van een verplichting, en vormt de eerste door het Rijk gevraagde stap.


    De (besluitvorming over) daadwerkelijke inzet van financiële middelen loopt vervolgens langs de lijn van subsidies en/of (gezamenlijke) opdrachten, passend bij de betreffende begroting.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de voorliggende ‘Maatwerkovereenkomst Kromme Rijn Linielandschap’ vast te stellen en aan te gaan.