Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

GS-Besluiten

dinsdag 13 mei 2025

09:30 - 12:30
Locatie

16.30

Voorzitter
H. van Essen

Agendapunten

  1. 0.03.H

    Samenvatting:
    De Subsidieregeling “Groene, Gezonde en Klimaatbestendige Steden en Dorpen 2025-2027" is een integrale subsidieregeling van het Uitvoeringsprogramma Klimaatadaptatie 2025-2028 (2024), het Programma Gezond en Veilig (2022) en de Aanpak Biodiversiteit in Stad en Dorp (2021). Deze gezamenlijke subsidieregeling stimuleert en maakt initiatieven mogelijk in verschillende fasen (onderzoek, planvorming of uitvoering) en op verschillende schaalniveaus.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de subsidieregeling Groene, gezonde en klimaatbestendige steden en dorpen 2025-2027, geregistreerd onder nr. UTSP-744160172-3979 vast te stellen en de wijziging te publiceren in het provinciaal blad;
    2. de statenbrief Subsidieregeling Klimaatbestendige, Groene en Gezonde Steden en Dorpen vast te stellen en ter informatie te verzenden aan Provinciale Staten.

  2. 04

    Essentie / samenvatting:
    PS hebben op 13 december 2023 het besluit genomen tot instelling van een nieuw onafhankelijke adviesorgaan: de Utrechtse Adviesraad voor de Fysieke leefomgeving. Daarna hebben GS op 30 januari 2024, gehoord hebbende de begeleidingscommissie van PS, de profielen vastgesteld voor een voorzitter en leden van de Utrechtse Adviesraad voor de Fysieke Leefomgeving. Op 28 mei jongstleden heeft GS besloten de voorzitter te benoemen. Daarna heeft een wervings- en selectieprocedure plaatsgevonden voor de werving van leden, waarna vijf leden door GS zijn benoemd. Er is een aanvullende werving en selectieprocedure uitgevoerd. Met dit besluit wordt het zesde lid benoemd.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. mevrouw Jacobine Meijer te benoemen als lid van de Utrechtse Adviesraad voor de Fysieke Leefomgeving voor een termijn van 4 jaar;
    2. de Statenbrief "Benoeming lid van de Utrechtse Adviesraad voor de Fysieke Leefomgeving" vast te stellen en ter informatie te versturen aan Provinciale Staten;
    3. de benoemingsbrief aan beoogde lid van de Utrechtse Adviesraad voor de Fysieke Leefomgeving vast te stellen en te versturen; 4. Artikel 11 van de Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers provincie Utrecht voor wat betreft de vergoeding ten behoeve van bijwonen en voorbereiden van vergaderingen voor deze functie van toepassing te verklaren.

  3. 05

    Essentie / samenvatting:
    Er is in landelijke samenwerking een convenant voor circulariteit opgesteld, dat gereed is voor ondertekening. Deze is opgesteld om samen te werken aan de doelstellingen om in 2030 50% minder primaire abiotische grondstoffen te gebruiken en in 2050 geheel circulair te zijn. De insteek is om via het Interprovinciaal Overleg Bestuurlijke Adviescommissie Bereikbaarheid & Infrastructuur (hierna: IPO BAC B&I+) mei 2025 akkoord te geven dat deze wordt ondertekend door het IPO BAC B&I+-vertegenwoordigers op de dag van het openbaar vervoer (hierna: ov) op 16 juni 2025. De meerwaarde van deze samenwerking is dat het ook zorgt voor samenwerking met de markt, kennisontwikkeling en schaalvoordelen. Het is belangrijk dat het ov een voorbeeldrol aanneemt in de opgave van circulariteit en het ov ook zelf invulling geeft aan een duurzaam vervoersalternatief als bijdrage aan de grotere maatschappelijke doelen. Dit sluit ook volledig aan bij het provinciale duurzaamheids- en mobiliteitsbeleid. Bij de realisatie van de doelstellingen voor het circulair maken van het ov is het reizigersbelang leidend.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten het ‘Convenant Circulair ov’ vast te stellen en aan te gaan.

  4. 06

    Essentie / samenvatting:
    De provincie Utrecht (hierna: de provincie) is op grond van de Wet lokaal spoor (Wls) verantwoordelijk voor het tramsysteem in Utrecht en heeft het team Beheer en Realisatie OV-assets (BRO) aangewezen als beheerder van het lokaal spoor en de bijbehorende assets. Dit zijn alle onderdelen die nodig zijn om de tram rijdende te houden (onder andere de trams, de traminfrastructuur, beveiligingssystemen, de haltes en het remiseterrein). Jaarlijks wordt er over het aspect veiligheid gerapporteerd door de beheerder BRO en de concessiehouder Qbuzz. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) is toezichthouder en de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht (RUD) is gemandateerd als vergunningverlener en handhaver. Daarnaast geeft de Safety Board van de provincie gevraagd en ongevraagd advies aan het bevoegd gezag (Gedeputeerde Staten), op basis van de beheervisie die door het bevoegd gezag is vastgesteld. Alle veiligheidszaken zijn samengevat in het jaarverslag Railveiligheid. Veiligheidsrisico's die horen bij een tramsysteem worden volgens de stand der techniek en volgens wettelijke normen beheerst. In 2024 zijn er minder veiligheidsincidenten geweest vergeleken met het voorgaande jaar.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het 'Jaarverslag Railveiligheid 2024’ vast te stellen;
    2. de Statenbrief ‘Jaarverslag Railveiligheid & Jaarverslag Wet lokaal spoor 2024’ vast te stellen en deze samen met het ‘Jaarverslag Railveiligheid 2024’ en het ‘Jaarverslag Wet lokaal spoor 2024’ toe te sturen aan Provinciale Staten.

  5. 07

    Essentie / samenvatting:
    De provincie Utrecht en de gemeente Utrecht hebben een OV-studie voor Utrecht-Oost uitgevoerd. Hierin is gekeken naar mogelijke toekomstscenario’s voor OV-netwerkontwikkeling op de lange termijn (2e fase OVschaalsprong) in relatie tot stedelijke ontwikkeling. Daarnaast is gelijktijdig door de gemeente Utrecht gestudeerd op de Stedelijke Knoop Lunetten-Koningsweg (hierna: SKLK). Het college van B&W van de gemeente Utrecht deelt de uitkomsten van deze studies met haar raad. Gelijktijdig wordt Provinciale Staten geïnformeerd middels een Statenbrief.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief OV-studie Utrecht Oost en Scenariostudie Stedelijke Knoop Lunetten-Koningsweg, inclusief bijlagen, vast te stellen en deze ter informatie op hetzelfde moment als gemeente Utrecht haar raadsbrief verzendt aan haar raad, toe te zenden aan Provinciale Staten.

  6. 08

    Jaarlijks brengen de Provinciearchivaris (PA) en de Functionaris Gegevensbescherming (FG) hun verslag uit. De PA over de informatiehuishouding (IHH) van de provinciale organisatie, en de FG over de stand van zaken met betrekking tot de naleving van de AVG door de provinciale organisatie. Het verslag brengen zij uit aan het College van GS. Deze leggen vervolgens verantwoording af aan PS, onder bijvoeging van de jaarverslagen.


    Het was de afgelopen jaren gebruikelijk om bij elk jaarverslag een eigen reactie te voegen met elk een eigen handelingsperspectief en route van verantwoording danwel besluitvorming. In deze managementreactie pakken we beide reacties gezamenlijk en gecombineerd op. In praktische uitvoering is er verwevenheid tussen het aandachtsgebied van de FG met dat van de PA. Beide hebben een rol in het waarborgen van een verantwoord en rechtmatig beheer van informatie binnen de provincie, en werken binnen wettelijke kaders zoals de Archiefwet, de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en de Wet open overheid (Woo).

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de managementreactie op de jaarverslagen, met de daarin uitgesproken opvolging, vast te stellen;
    2. de Statenbrief ‘Jaarverslagen PA en FG toezicht 2024 en managementreactie’ vast te stellen en met de bijlagen (jaarverslag 2024 PA, jaarverslag 2024 FG en managementreactie bij de jaarverslagen) ter verslaglegging aan te bieden aan Provinciale Staten.

  7. 09

    Essentie / samenvatting:
    Onderdeel van een integere organisatie is transparantie, daarom is in de gedragscode voor GS vastgelegd dat geschenken worden geregistreerd. Deze informatie wordt openbaar gemaakt zodat iedereen kan zien welke geschenken zijn ontvangen en wie de gever van het geschenk is. Dit overzicht betreft het eerste kwartaal 2025.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. vast te stellen dat er in het eerste kwartaal 2025 geen geschenk boven de €50,- is ontvangen;
    2. vast te stellen het overzicht van de door het college van GS ontvangen geschenken in het eerste kwartaal 2025.