- Locatie
16.30
- Voorzitter
- J.H. Oosters
Agendapunten
-
0.05.H
Essentie / samenvatting:
Tijdens Praten met de Staten deelde een inspreker recent zorgen die er zijn rond de organisatie van autocross evenementen in de provincie Utrecht. Dit heeft geleid tot vragen over vergunningverlening van dergelijke evenementen in relatie tot flora- en faunabeleid. Daarnaast zijn vragen gesteld over het stimuleren van jongeren voor technische beroepen in relatie tot de autocrossevenementen.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 51 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenleden Oude Luttikhuis van BBB, Van Breukelen van FvD en Schaddelee van CU betreffende Flora- en faunabeleid autocross-evenementenonderwerp vast te stellen en te verzenden.
-
0.07.H
Essentie / samenvatting:
De oversteekvoorzieningen bij de bushaltes langs de N228 ter hoogte van de Posthoorn in Montfoort voldoen niet aan het gewenste verkeersveiligheidsniveau. Bovendien beperkt de huidige inrichting de toegankelijkheid van de bushaltes. De provincie erkent dat deze oversteken nog aangepakt moeten worden. Omdat de provincie niet alle haltes en oversteken tegelijkertijd kan aanpakken, krijgen de meest urgente situaties voorrang in de programmering. De haltes langs de N228 vallen daaronder. Als het doorlopen van ruimtelijke procedures niet nodig is, kan uitvoering van de verbetermaatregelen op z’n vroegst in 2026.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 51 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Vermaat van de SGP betreffende ‘veilige oversteek bushaltes N228 Montfoort’ vast te stellen en te verzenden.
-
0.08.H
Essentie/ samenvatting:
Op 17 december 2024 hebben de SGP en de BBB schriftelijke vragen ex. artikel 51 van het Reglement van Orde Provinciale Staten provincie Utrecht 2024 gesteld, inzake hazen die de woningbouw zouden belemmeren. De vragen zijn naar aanleiding van een artikel in het Algemeen Dagblad van 13 december 2024 met de titel: “Hazen zitten bouw van nieuwe woningen in Utrecht in de weg: ‘Geen pasklare oplossingen voorhanden’”.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 51 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid B. Van den Dikkenberg van de SGP en Statenlid J. Vogel van de BBB betreffende "Hazen belemmeren woningbouw" vast te stellen en te verzenden.
-
0.09.H
Essentie / samenvatting:
Beslissing op bezwaar naar aanleiding van een bezwaarschrift tegen het besluit van GS van 7 maart 2024, waarin GS hebben besloten om aan bezwaarmaker een last onder dwangsom op te leggen. Op advies van de Awbadviescommissie hebben GS de last onder dwangsom van 7 maart 2024 ingetrokken en vervolgens met het besluit van 18 oktober 2024 de last gewijzigd. Het bezwaar tegen de ingetrokken last onder dwangsom wordt daarom gegrond verklaard. Het bezwaar is van rechtswege ook gericht tegen het gewijzigde besluit van 18 oktober 2024. De overtredingen hebben betrekking op het gebruik van elektronische LED-reclame in strijd met de Omgevingsverordening Utrecht aan de gevel van het gebouw aan de Parallelweg 1 c te Bunnik. Besloten wordt om, overeenkomstig het advies van de Awb-commissie, het bezwaar tegen het besluit van 18 oktober 2024 ongegrond verklaren in verband met het intrekken van het besluit van 7 maart 2024 en daarvoor een minder verstrekkende last in de plaats te stellen overgaan tot vergoeding van de proceskosten.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. het bezwaarschrift van 9 april 2024, aangevuld op 18 april 2024, voor zover dit betrekking heeft op het verwijderen van het LED-bord, tegen het ingetrokken besluit van 7 maart 2024 gegrond te verklaren;
2. het bezwaarschrift voor zover van rechtswege mede gericht tegen het gewijzigde besluit van 18 oktober 2024 als ongegrond aan te merken;
3. het besluit van 18 oktober 2024 te wijzigen door de formulering van last 1 de zinsnede “en verder ook geen weergaven op het LED-bord te weergeven over bedrijven, diensten en/of beroepen die niet in overeenstemming zijn met het omgevingsplan.” te laten vervallen;
4. aan bezwaarmaker een proceskostenvergoeding ten bedrage van € 1.194,- toe te wijzen (1 punt voor bezwaarschrift en 1 punt voor hoorzitting, conform het Besluit proceskosten bestuursrecht);
5. voor de motivering van de beslissing op bezwaar te verwijzen naar het advies van 10 december 2024 van de Awb-commissie op grond van artikel 3:49 Algemene wet bestuursrecht;
6. de beslissing op bezwaar vast te stellen en aangetekend te verzenden. -
03
Essentie / samenvatting:
Op 2 juli 2024 hebben Gedeputeerde Staten het Omgevingswetprogramma Cultuur en Erfgoed 2025-2028 'Verbindende cultuur en inspirerend erfgoed: toekomstbestendig en voor iedereen' vastgesteld. De opgave UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies is hierin integraal opgenomen. Het uitvoeringsprogramma Hollandse Waterlinies 2021-2024 en de eraan gekoppelde subsidieregeling zijn per 1 januari 2025 niet meer van kracht. Deze veranderingen en de hiermee verbonden aanscherping van doelstellingen, prioriteiten en budget, maakten het noodzakelijk om een nieuwe subsidieregeling voor de Hollandse Waterlinies te maken. De nieuwe subsidieregeling legt onder andere een grotere nadruk op het benutten van de Waterlinies voor andere opgaven en werkt met een lager subsidieplafond en een lager subsidiepercentage.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. de Subsidieregeling Hollandse Waterlinies 2025-2028 met nummer UTSP-1106832717-28889 vast te stellen en te publiceren in het Provinciaal blad;
2. het jaarlijkse subsidieplafond voor de Subsidieregeling Hollandse Waterlinies 2025-2028 voor de periode 2025-2028 vast te stellen op € 600.000,- ;
3. de statenbrief Subsidieregeling Hollandse Waterlinies 2025-2028 vast te stellen en tezamen met de subsidieregeling toe te sturen aan Provinciale Staten. -
04
Essentie / samenvatting:
De Subsidieregeling Groene, Gezonde en Klimaatbestendige Steden en Dorpen 2025-2027 is een integrale subsidieregeling van het Uitvoeringsprogramma Klimaatadaptatie 2025-2028 (2024), het Programma Gezond en Veilig (2022) en de Aanpak Biodiversiteit in Stad en Dorp (2021). Deze gezamenlijke subsidieregeling stimuleert en maakt initiatieven mogelijk in verschillende fasen (onderzoek, planvorming of uitvoering) en op verschillende schaalniveaus.
De subsidieregeling is voor het eerst in oktober 2021 opengesteld en een groot succes gebleken. In de afgelopen jaren zijn een aantal inhoudelijke en financiële wijzingen aangebracht. Met het wegvallen van het Innovatieprogramma Gezonde Leefomgeving en het aansluiten van het Omgevingswetprogramma Gezond en Veilig vanaf 2025, is besloten een nieuwe subsidieregeling op te stellen. De beoogde inwerkingtreding van deze subsidieregeling is op maandag 3 maart 2025. Er wordt verwacht dat veel initiatieven uit 2024, die vanwege het snel bereikte subsidieplafond niet gehonoreerd konden worden, in het nieuwe jaar een aanvraag zullen indienen. Dit gaat met name om aanvragen voor groene schoolpleinen
Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. de Subsidieregeling Groene, Gezonde en Klimaatbestendige Steden en Dorpen 2025-2027 vast te stellen;
2. de Statenbrief Subsidieregeling Groene, Gezonde en Klimaatbestendige Steden en Dorpen 2025-2027 vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten;
3. gebruik te maken van de bevoegdheid in artikel 4.4, vierde lid van de Algemene Subsidieverordening van de Provincie Utrecht (AsvpU) om af te wijken van artikel 4.4 eerste lid onder d van de AsvpU over het aanleveren van stukken ten bewijze van toegezegde bedragen door derden. Dit geldt voor aanvragen die binnen paragraaf 3 en 4 vallen onder de Subsidieregeling Groene, Gezonde en Klimaatbestendige Steden en Dorpen 2025-2027;
4. gebruik te maken van de bevoegdheid in artikel 4.4, vierde lid van de Algemene Subsidieverordening van de Provincie Utrecht (AsvpU) om af te wijken van artikel 4.4 eerste lid onder c van de AsvpU over het aanleveren van begroting en dekkingsplan voor aanvragen die binnen paragraaf 2 vallen onder de Subsidieregeling Groene, Gezonde en Klimaatbestendige Steden en Dorpen 2025-2027. -
06
Essentie / samenvatting:
Gemeente Bunschoten is bezig met het opstellen van een Omgevingsprogramma Wonen 2025-2029 en heeft Provincie Utrecht gevraagd om een formele reactie te geven op het Ontwerp Omgevingsprogramma, zodat dit meegenomen kan worden door de gemeente in het definitieve omgevingsprogramma. Gemeente Bunschoten is niet verplicht om een formele reactie aan de provincie te vragen voor het omgevingsprogramma.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de ‘Brief zienswijze Provincie Utrecht op Ontwerp Omgevingsprogramma Wonen en uitvoeringsagenda gemeente Bunschoten’ vast te stellen en te verzenden aan gemeente Bunschoten.
-
10
Essentie/ samenvatting:
De minister van LVVN heeft de provincie Utrecht verzocht de beleidsregels voor het salderen met stikstofdepositieruimte aan te passen om een doeltreffende reductie van de stikstofemissie met de zogenaamde opkoopregelingen te waarborgen. Ondernemers die hun veehouderij hebben beëindigd of verplaatst met de opkoopregelingen van het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur zoals de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties voor stikstofreductie of de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties met piekbelasting mogen 15% van hun stikstofdepositieruimte behouden voor nieuwe bedrijvigheid op de plaats van de vroegere veehouderij. Het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht wordt voorgesteld het verzoek van de minister in te willigen om de Beleidsregels salderen aan te passen, zodat deze 15% niet kan worden 'verkocht'.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten: - Het ‘Wijzigingsbesluit Beleidsregels salderen provincie Utrecht 2024' vast te stellen en bekend te maken in het Provinciaal blad.
-
11
Essentie / samenvatting:
Op 18 december 2024 heeft de rechtbank Midden-Nederland het beroep gegrond verklaard, dat is ingesteld tegen de beslissing van Gedeputeerde Staten van 20 juli 2023 tot afwijzing van een verzoek tot het (gedeeltelijk) intrekken van natuurvergunningen van de ten aanzien van Natura 2000-gebied Kolland & Overlangbroek omliggende projecten totdat de kritische depositiewaarde op alle plekken in dit Natura 2000-gebied is behaald.
Gedeputeerde Staten zijn van mening dat afdoende is gemotiveerd dat het (gedeeltelijk) intrekken van natuurvergunningen van de rondom Natura 2000-gebied Kolland & Overlangbroek gelegen projecten niet nodig is als (aanvullende) passende maatregel. Er zijn en worden al voldoende passende maatregelen genomen. Daarom wordt door Gedeputeerde Staten hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland.
Besluit
Gedeputeerde Staten en de Commissaris van de Koning besluiten, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft:
1. hoger beroep in te stellen tegen de uitspraak van de rechtbank van 18 december 2024 met nummer ECLI:NL:RBMNE:2024:6918;
2. volmacht te geven aan mevrouw mr. S.J. van Winzum, advocaat werkzaam bij Pels Rijcken, om namens Gedeputeerde Staten van Utrecht een hoger beroepschrift in te dienen tegen de uitspraak van de rechtbank van 18 december 2024 met nummer ECLI:NL:RBMNE:2024:6918, namens Gedeputeerde Staten van Utrecht dit hoger beroepschrift te ondertekenen en Gedeputeerde Staten van Utrecht en de provincie Utrecht te vertegenwoordigen tijdens de mondelinge behandeling die in deze hoger beroepsprocedure wordt gepland. -
12
Essentie / samenvatting:
Gedeputeerde Staten besluiten geen zienswijze in te dienen tegen het ontwerp omgevingsplan “wijziging forensische zorg” van de gemeente Zeist of een interventie besluit te nemen na vaststelling van dit omgevingsplan. De huisvesting en toezicht op forensische zorg is een verantwoordelijkheid van het ministerie van Veiligheid en Justitie en niet van de provincie. Het ontwerp wijziging omgevingsplan is niet in strijd met de provinciale omgevingsverordening. De provincie blijft in gesprek met de betrokken partijen om te zoeken naar een door alle partijen gedragen oplossing voor het herhuisvestingsvraagstuk van Fivoor.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. geen zienswijze in te dienen op het ontwerp omgevingsplan ”wijziging forensische zorg” van de gemeente Zeist en ook na de vaststelling van het omgevingsplan geen reactief interventie besluit te nemen;
2. in te stemmen met de reactiebrief en deze aan Altrecht te verzenden. -
14
Essentie / samenvatting:
Ter vaststelling liggen voor twee documenten: 1) de Nota van Beantwoording (NvB) op de zienswijzen die tijdens de inspraakperiode van de Notitie reikwijdte en detailniveau (NRD) van de PlanMER-UPLG zijn ingediend, 2) een Statenbrief. Het advies van de Commissie voor de milieueffectrapportage over de NRD (november 2024) is ter informatie bijgevoegd en voor de compleetheid is ook de NRD toegevoegd die in juni-juli 2024 ter inzage heeft gelegen. De opmerkingen uit de ingediende zienswijzen en het advies van de Commissie voor de milieueffectrapportage worden in de vervolgstappen van het MER meegenomen.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. de Nota van Beantwoording (NvB) vast te stellen die behoort bij de zienswijzen die tijdens de inspraakperiode op de Notitie reikwijdte en detailniveau (NRD) PlanMER Utrechts Programma Landelijk Gebied (UPLG) zijn ingediend;
2. de Statenbrief vast te stellen en samen met de NvB, het advies van de Commissie mer en de NRD te versturen naar Provinciale Staten. -
15
Essentie / samenvatting:
In de Statenvergadering van 13 december 2023 is Motie 90 "Veilige fietsroutes middelbare scholieren" aangenomen. Om invulling te geven aan deze motie heeft een adviesbureau hoofdfietsroutes van middelbare scholieren in kaart gebracht en volgens een analysemethodiek verkeersveiligheidsknelpunten op die routes geïdentificeerd en van een knelpuntscore voorzien. Voor een groot deel van de geïdentificeerde knelpunten geldt dat de verkeersveiligheidsrisico’s relatief beperkt zijn, maar niettemin zijn er locaties op provinciale en niet-provinciale infrastructuur waar verbetering gewenst is. Ook is indicatief in kaart gebracht welke investeringen gemoeid kunnen zijn met het aanpakken van die knelpunten. Voor de knelpunten op provinciale infrastructuur werken we in 2025 verder uit hoe die kunnen worden ondergebracht in de studieprogrammering voor de periode 2025-2029. Met andere wegbeheerders gaan we bespreken welke ondersteuning de provincie kan bieden wanneer zij maatregelen willen nemen om knelpunten op hun infrastructuur als onderdeel van schoolroutes op te lossen of voor veilig fietsgedrag, bijvoorbeeld door middel van subsidies.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief "Onderzoek schoolfietsroutes middelbare scholieren" vast te stellen en ter informatie aan PS te sturen.
-
16
Essentie/ samenvatting:
De participatieverordening is kaderstellend voor participatietrajecten van de provincie. In de startnotitie wordt het proces om tot de verordening te komen toegelicht. De richtinggevende uitgangspunten van de participatievisie en -leidraad (2022) vormen de basis. Na de uitkomsten van een kwalitatief inwonerpanel, werksessies met ambtenaren en een werksessie met Statenleden wordt er een ontwerpverordening opgesteld. Provinciale Staten zijn bevoegd om deze ontwerpverordening vast te stellen en ter inzage te leggen.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. de startnotitie participatieverordening vast te stellen;
2. de Statenbrief startnotitie participatieverordening vast te stellen en met de ‘startnotitie participatieverordening’, ter informatie aan Provinciale Staten te versturen. -
17
Essentie / samenvatting:
Op 5 juni 2023 is door de provincie samen met Stedin de aanpak voor energiehubs op bedrijventerreinen gepresenteerd aan externe samenwerkingspartners zoals gemeenten. Sindsdien is er veel gebeurd. Op 26 juni 2024 hebben Provinciale Staten (PS) besloten om vier miljoen euro beschikbaar te stellen om energiehubs in de provincie te versnellen. Ook heeft het Rijk middelen beschikbaar gesteld. Via de Statenbrief “aanpak energiehubs” worden PS geïnformeerd over de voortgang en de aanpak voor de komende jaren.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief ‘Update aanpak energiehubs’ vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.
-
18
Essentie / samenvatting:
Middels bijgevoegde statenbrief wordt het ontwerp P-MIEK 2.0 aan de commissie B&E voorgelegd, ter bespreking. De provincie Utrecht heeft afgelopen jaar, in samenwerking met gemeenten en netbeheerders gewerkt aan het Provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur en Klimaat (P-MIEK) 2.0. De P-MIEK benoemt de prioritaire projecten in de ontwikkeling van het Utrechtse energiesysteem, zowel op de middellange (t/m 2035)-, als de lange termijn (2035-2050). In 2023 heeft GS het P-MIEK 1.0 vastgesteld. Vanwege de korte doorlooptijd en de verkiezingen zijn er destijds geen fundamentele beleidskeuzes gemaakt in deze eerste versie van het P-MIEK. In het P-MIEK 2.0 doen we dat wel en benoemen we prioritaire projecten.
De P-MIEK 2.0 benoemt twee typen prioritaire projecten. Concrete projecten; een selectie uit alle projecten die nu al in de Investeringsplannen (IP’s) van de netbeheerders staan, en de grootste bijdrage leveren aan de maatschappelijke opgaven binnen de provincie Utrecht. En verkenningsprojecten; projecten waar nog geen investeringsbeslissing over is genomen, maar de hoofdcontouren vormen van het te ontwikkelen Utrechtse energiesysteem. Dit gaat over projecten van alle modaliteiten (elektriciteit, duurzaam gas en warmte).
Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. het concept P-MIEK 2.0 vast te stellen;
2. de Statenbrief vast te stellen en deze samen met concept P-MIEK 2.0 aan Provinciale Staten toe te sturen;
3. het concept P-MIEK 2.0 in openbare consultatie te laten gaan in de periode 4 februari – 18 maart 2025 -
19
Essentie / samenvatting:
In de Statenbrief wordt de voortgang van het Programma Mooie en veilige dijken toegelicht. Er wordt een toelichting gegeven op de verschillende meekoppelkansen, de stand van zaken en belangrijkste ontwikkelingen en inzichten.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief Voortgang Programma Mooie en veilige dijken vast te stellen en ter informatie naar Provinciale Staten te sturen.
-
21
Essentie / samenvatting:
Provinciale Staten (PS) worden twee keer per jaar geïnformeerd over de voortgang van de Utrecht Talent Alliantie (UTA). Deze zevende voortgangsbrief zoomt specifiek in op de ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden in het tweede deel van 2024. Allereerst worden de macro-ontwikkelingen op de arbeidsmarkt beschreven. Verder komen de uitkomsten van de halfweg-evaluatie van de UTA aan de orde. De alliantie is tussentijds geëvalueerd op doeltreffendheid en doelmatigheid. Daarnaast gaat deze brief in op de ontwikkelingen rondom de oprichting en eerste succes van Stichting Regionaal Talentfonds-Utrecht. Afsluitend volgt een update over de nieuwe impulspannen die een belangrijke bijdragen leveren aan het realiseren van provinciale beleidsdoelstellingen.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief ‘Voortgang Utrecht Talent Alliantie’ vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.
-
22
Essentie / samenvatting:
De rollerbaan van de voormalige vliegbasis Soesterberg wordt verwijderd in het kader van de mitigerende maatregelen voor de realisatie van de woonwijk Vliegbasis. Ter plaatse van de rollerbaan ontstaat schraal grasland dat kan dienen als broedgebied voor de veldleeuwerik. Bij het verwijderen van de rollerbaan is asbest ontdekt in de voegen van de baan. Dit asbest moet worden verwijderd.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten om een budget van 1.000.000 euro excl. BTW beschikbaar te stellen uit de resterende opbrengsten van verkoop van park Vliegbasis Soesterberg voor asbestsanering van de rollerbaan.