GS-Besluiten

Essentie / samenvatting:
In het Uitvoeringsprogramma Bodem en Ondergrond 2025-2027 provincie Utrecht (UBO 25-27) zijn de uitvoerende taken van de provincie Utrecht op het gebied van bodem en ondergrond opgenomen. Het betreft de onderwerpen vitale bodems, duurzaam gebruik van de ondergrond, bodemsanering, bodeminformatie, aardkundige waarden en ontgrondingen. Voor de subsidieregeling bodemsanering aan eigenaren of erfpachters van eigen woningen wordt voor 2025-2027 een nieuw subsidieplafond vastgesteld.

Essentie / samenvatting:
In maart 2024 is het Handelingsperspectief Kaderrichtlijn Water (KRW) vastgesteld. Daarin is de bijdrage vanuit riooloverstorten niet opgenomen. De heer van Vuuren (BBB) mist dit en wil de bijdrage van riooloverstorten aan de waterkwaliteit inzichtelijk krijgen. Daarom heeft de heer Van Vuuren een aantal schriftelijke vragen gesteld. In de beantwoording wordt geconstateerd dat riooloverstorten vaak een kortdurig en minimaal effect hebben op de waterkwaliteit. Bovendien is de Provincie geen bevoegd gezag voor riooloverstorten. Dit is ook de reden dat in het handelingsperspectief dit onderwerp niet aan de orde is gekomen. In het Uitvoeringsprogramma Impuls Kaderrichtlijn Water 2025-2025 Provincie Utrecht (april 2025) adresseren we deze opgave expliciet aan de gemeenten. Uit de data blijkt dat landbouw, gevolgd door rioolwaterzuiveringsinstallaties, de grootste bijdrage leveren aan de slechte waterkwaliteit.

Essentie / samenvatting:
De schriftelijke vragen van mevr. van de Voorden van Groen links komen voort uit zorg over de financiën van de Utrechtse gemeenten voor 2026 en verder in verband met een verlaging van de Rijksmiddelen In de beantwoording is verwezen naar de recente Statenbrief Financieel toezicht op gemeenten en gemeenschappelijke regelingen 2025 waarin GS deze zorg delen. In de beantwoording is ook meegenomen dat gemeenten op dit moment bezig zijn met het in beeld brengen van mogelijke maatregelen. Dit maakt dat het nog te vroeg is nu al vooruit te lopen op mogelijke toezichtbesluiten over 2026. Daarnaast is benadrukt dat GS het toezicht uitvoeren op basis van de wet en het door alle provincies uniform vastgesteld Gemeenschappelijk toezichtkader (GTK). Het versoepelen van toezicht is geen oplossing voor de problematiek van de gemeenten.

Essentie / samenvatting:
Op een unieke locatie tussen twee metropoolregio’s is openbaar vervoer (ov) knooppunt Breukelen gelegen. Onderdeel van het ov-knooppunt is Parkeer en Reis-locatie Breukelen. De provincie Utrecht heeft betaald parkeren ingevoerd op P+R Breukelen. Om dit mogelijk te maken hebben Gedeputeerde Staten op 14 mei 2024 hiervoor een besluit genomen. Provinciale Staten hebben in de vergadering van 19 juni 2024 besloten tot het onttrekken van de P+R-terreinen in Breukelen aan het openbaar verkeer en het aanmerken van de exploitatie van de P+R Breukelen als economische activiteit in het algemeen belang. Met deze PS-besluiten kunnen ook de besluiten van GS geëffectueerd worden. Op de besluiten van PS is bezwaar gemaakt door de gemeente Stichtse Vecht en de Ondernemersvereniging Stichtse Vecht. De onafhankelijke Awb-adviescommissie adviseert aan PS om beide besluiten in stand te laten. Daarbij is het advies het besluit voor het onttrekken van de P+R-terreinen in Breukelen aan het openbaar verkeer op twee punten aan te vullen. Het gaat om het toevoegen van:
- Kadastrale perceelgegevens van de drie P+R-terreinen;
- Aanvullende motivering waaruit blijkt dat het aannemelijk is dat het onttrekkingsbesluit bijdraagt aan het ontlasten van het (regionaal) wegennet.
Gedeputeerde Staten hebben deze aanvullende motivering voorbereid.

Essentie / samenvatting:
Het Natuurbeheerplan vormt het toetsingskader voor het verlenen van subsidies voor agrarisch natuurbeheer, het beheer van natuurterreinen, inrichting en kwaliteitsverbetering van natuurterreinen, functieverandering van landbouwgrond naar natuur en de aankoop van landbouwgrond ten behoeve van functieverandering naar natuur. Het Natuurbeheerplan, met name de daarbij behorende kaarten, geeft aan waar en voor welke natuurdoelen subsidie mogelijk is. In het Ontwerpbesluit tot wijziging van het Natuurbeheerplan 2025 worden wijzigingen in eerder vastgesteld beleid doorgevoerd en vinden actualisaties en verbeteringen van kaarten plaats.

Essentie / samenvatting:
Jaarlijks voeren GS een onderzoek uit, zoals dit vermeld staat in artikel 217a van de Provinciewet en artikel 26 van de Financiële verordening. Op basis van een specifiek thema of onderwerp wordt onderzoek gedaan naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde bestuur. Voor het onderzoek in 2024 hebben GS gekozen voor het onderwerp ‘Leren door te doen’. In het GS-onderzoek wordt het thema ‘Leren door te doen’ gekoppeld aan de grote transitieopgaven van de provincie. Het brengt in kaart hoe er binnen verschillende transitie- en transformatieopgaven van de provincie wordt geleerd en het onderzoek geeft advies over hoe dit verder ontwikkeld kan worden, binnen de organisatie en in relatie met (gebieds)partners.

De kern van het rapport is dat er voor 'leren door te doen in transities' een goede basis aanwezig is. Om ‘leren door te doen’ verder te ontwikkelen en structureel en systemisch in te bedden in de werkwijzen van de organisatie, met kwalitatieve feedback loops en een expliciete leeragenda, zijn blijvende investeringen in vormen en ritmen van leren nodig. Dit is ook complementair aan de beweging die ingezet is door de commissie Janssen. Andere ingrediënten om het ‘leren door te doen' verder vorm te geven bij transities zijn vertrouwen, adaptiviteit, en (beleids)kaders die ruimte bieden voor samenwerking en experimenten. Ook vraagt het om sturing op integrale samenwerking over domein- en beleidsgrenzen heen.

Uit het onderzoek volgen aanbevelingen die in de managementreactie zijn voorzien van acties. In de bestuurlijke reactie geven GS aan de resultaten van de acties te zullen volgen

Essentie / samenvatting:
Het statenvoorstel ‘Jong Utrecht aan Zet!’ geeft invulling aan de ambitie van de provincie om jongeren duurzaam te betrekken bij de beleidsontwikkeling- en uitvoering van de provincie. Het voorstel geeft jongerenparticipatie een plek in de nog vast te stellen participatieverordening. In 2026 zal daarnaast een pilot plaatsvinden met een participatie-instrument(arium) dat aansluit bij de leefwereld van jongeren. Dit gaat door onder de naam ‘Jong Utrecht aan Zet!’.

Essentie / samenvatting:
Door de BBB is op 4 november 2024 een verzoek tot informatie ingediend over de communicatie en besluitvorming van het RES-bod U16. De betreffende opgevraagde informatie wordt met dit besluit gedeeld.

Essentie / samenvatting:
Steller heeft vragen over de mogelijkheden voor extra bebouwing binnen de Groene Contour en de ondersteuning die daarvoor is vanuit de provincie richting een initiatiefnemer en de gemeente. De vragen zijn gesteld in navolging van een casus in Soest.

Om de ontwikkeling van nieuwe natuur binnen de Groene Contour te stimuleren, geldt er binnen de Groene Contour een uitzondering op het verstedelijkingsverbod. Hierdoor is het mogelijk om, onder de voorwaarde dat er voldoende natuur wordt gerealiseerd, woningbouw toe te staan. De ontwikkeling van nieuwe natuur wordt financieel ondersteund via SKNL-subsidies, maar daar zijn wel regels aan verbonden. Om de gemeente te ondersteunen in hun planvorming zijn er verschillende handreikingen opgezet en kunnen gemeenten direct contact opnemen met de provincie.

In het voorgestelde plan vindt er geen verstedelijking of natuurrealisatie plaats in de Groene Contour, maar op een woonperceel in het bebouwingslint. Het plan heeft daardoor betrekking op de regelgeving over bebouwingsenclaven en bebouwingslinten (artikel 9.7 van de Omgevingsverordening).

Essentie / samenvatting:
Op 22 februari 2025 zijn namens de BBB schriftelijke vragen ex. Art. 51 gesteld. GS geeft op deze vragen antwoord.

Essentie / samenvatting:
Gemeenten Oudewater en Stichtse Vecht hebben een brief gestuurd in reactie op het besluit van GS op 14 januari jl. over de keuze om in deze gemeenten projectprocedures te vervolgen. Hierop stuurt GS een reactie aan betreffende gemeenten. Hierin wordt aangegeven dat het besluit om projectprocedures verder te brengen deze gemeenten zwaar valt. Verder worden de afwegingen die gemaakt zijn verduidelijkt en wordt de gemeenten gevraagd om, ondanks de verschillen van inzicht, zich in te zetten om in het vervolgtraject zo constructief mogelijk samen te werken.

Essentie / samenvatting:
Eind 2023 is het vernieuwde Protocol Geheimhouding door Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten vastgesteld. Conform dit Protocol wordt in een register bijgehouden op welke documenten wettelijke geheimhouding is opgelegd, waarom dat is en – indien mogelijk – hoelang deze geheimhouding duurt. In het vernieuwde Protocol is opgenomen dat het Register geheime stukken één keer per jaar wordt geactualiseerd. De registers over de jaren 2015 tot en met 2024 zijn geactualiseerd en dit heeft geleid tot aanpassingen in de registers over 2023 en 2024. De registers over de overige jaren zijn ongewijzigd. De geactualiseerde registers worden ter informatie naar Provinciale Staten gestuurd en gepubliceerd op de provinciale website.

Essentie / samenvatting:
Op 12 juni 2024 stond de N233 Achterbergsestraatweg op de agenda van de commissievergadering Milieu & Mobiliteit (M&M). Tijdens deze commissievergadering heeft gedeputeerde Van Schie aangegeven een pas op de plaats te maken en de gemeente Rhenen de ruimte te geven om een participatiestrategie voor het project op te stellen. Tegelijkertijd is toegezegd dat Provinciale Staten worden geïnformeerd over de informatiebijeenkomsten en het participatieproces. Statenleden worden middels een Statenbrief geïnformeerd over de voortgang en bestuurlijke afspraken met betrekking tot participatie voor de kruising N233 Achterbergsestraatweg en de voorgenomen planning.

Essentie / samenvatting:
De Statenbrief bevat een beschrijving van de stand van zaken van de uitvoering van het beleid met betrekking tot het UNESCO Werelderfgoed Hollandse Waterlinies naar aanleiding van de Motie “Evaluatie UNESCO Werelderfgoed” (M24-119). Kort samengevat: De samenwerking met provincies, gemeenten en andere partners verloopt goed. Middelen zijn goed besteed aan diverse activiteiten. Heritage Impact Assessments (HIA’s) en andere instrumenten, mits tijdig ingezet, helpen bij het onderzoek of en hoe ontwikkelingen door kunnen gaan. Met ruimtelijk perspectief versterken we samenwerking van vier ministeries, provincies en gemeenten gericht op meer inzicht in hoe we de aanwezige ruimtelijke kwaliteiten versterken en beschermen, en tegelijkertijd ontwikkelruimte bieden voor de urgente en meervoudige opgaven.

Essentie / samenvatting:
De provincie Utrecht speelt een steeds belangrijker rol in de aanpak van ondermijning. De afgelopen jaren zijn er talrijke initiatieven en acties ondernomen ter verbetering van de weerbaarheid van de provinciale organisatie en die van onze partners. Middels dit stuk stellen GS het Uitvoeringsplan Ondermijning 20205-2026 vast, waarin ambities en concrete acties voor de korte- en middellange termijn zijn beschreven, waarbij het vergroten van de informatiepositie en integrale samenwerking een centrale plek innemen.

Essentie / samenvatting:
Het programma Energietransitie 2020-2025 loopt ten einde. De verkenning is de eerste stap in het proces om het programma Energietransitie 2020-2025 te herijken tot het beleidsprogramma Energietransitie 2026-2030. Onderdeel van deze verkenning was een evaluatie van het huidige programma. De evaluatie van het programma is positief over de resultaten en de aanpak. Daarom is besloten het programma te herijken voor de periode 2026-2030. Bij die herijking zal direct ook de Energievisie 2024-2050 een plek krijgen. De verkenning legt uit welke kaders momenteel gelden voor het programma. De Staten hebben de Energievisie recentelijk vastgesteld en daarmee nieuwe kaders voor het programma opgesteld. De doelenboom zal wel in lijn moeten worden gebracht met het beoogde programma. Dat dient in de kadernota plaats te vinden. Het concept van de doelenboom wordt in bijlage 4 van de verkenning aan de Staten voorgelegd.

Essentie / samenvatting:
Met dit voorstel wordt het definitieve programma Versnelling Woningbouw 2025-2028 aangeboden voor vaststelling. Met dit uitvoeringsprogramma wordt concreet invulling gegeven aan de stimulerende rol van de provincie in de woningbouwopgave. Succesvolle instrumenten uit het voorgaande programma worden gecontinueerd en verbeterd. Samen met de stakeholders is een nieuwe aanpak ontwikkeld om de knelpunten in de woningbouw aan te pakken.

Essentie / samenvatting:
Sinds 17 februari jl. is de internetconsultatie voor de aanpassing van de Huisvestingswet 2014 inzake het verbod op voorrang voor vergunninghouders (Wet nieuwe regels inzake huisvesting vergunninghouders) geopend. Dit wetsvoorstel regelt een verbod op voorrang voor vergunninghouders op een sociale huurwoning op de grond dat zij vergunninghouders zijn. Dit wetsvoorstel heeft gevolgen voor de rol van de provincies, omdat zij toezicht houden op de huisvesting van vergunninghouders. Daarom is er op interprovinciaal niveau een consultatiereactie opgesteld. Deze reactie stelt onder andere dat met het verbod op voorrang voor vergunninghouders de toezichtrol op de huisvesting van vergunninghouders haast onuitvoerbaar zal worden. Enerzijds moet de provincie toezicht houden op het uitvoeren van de taakstelling huisvesting vergunninghouders door gemeenten, zonder dat de gemeenten effectief in staat worden gesteld hun taak uit te voeren. Anderzijds vraagt het wetsvoorstel de provincies het verbod op voorrang voor deze doelgroep te handhaven. Deze consultatiereactie wordt 11 maart einde middag in de Bestuurlijke Advies Commissie (BAC) Ruimte & Leefomgeving (R&L) besproken. Op 13 maart wordt de consultatiereactie ter besluitvorming voorgelegd aan het IPO-bestuur.

Essentie / samenvatting:
Door het Rijk is het ‘Bestuurlijk akkoord en opschalingsplan netcongestie & ov’ opgesteld. Deze is tot stand gekomen doordat in november van 2024 de rapportage 'Slim met Stroom voor Groene Groei’ is aangegeven dat het van belang is dat er samenwerking plaatsvindt tussen de ov-sector, de netbeheerders en het Rijk. Hier is specifiek aangegeven dat een sectordeal tussen deze partijen van belang is. Deze samenwerking is nodig om samen te werken aan de netcongestieproblematiek en behalen van de landelijke ambitie om in 2030 een gehele zero-emissie busvloot te hebben. De ondertekenaars zijn de ov-autoriteiten die eigen ov-infrastructuur hebben, de vervoerders, NS, ProRail, netbeheerders en het Rijk. Het doel van dit bestuursakkoord is dat de continuïteit en groei van het ov mogelijk gemaakt wordt, de kansen in de ov-sector om netcongestie te verlichten worden benut en dat de verder verduurzaming van het ov mogelijk is. Deze doelen worden bereikt om samen de kennis en inzichten te delen, vergroten en door ontwikkelen en door gezamenlijke bestuurlijke besluitvorming te ontwikkelen. Dit bestuursakkoord sluit daarmee volledig aan bij de provinciale ambities om in 2028 al volledig zero-emissie ov te hebben in onze provincie en het tramenergiesysteem zo goed mogelijk te benutten, waar op dit moment ook bij de implementatie in de nieuwe ov-concessies in samenwerking met onze vervoerders aan gewerkt wordt.