Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

GS-Besluiten

dinsdag 4 oktober 2022

09:30 - 12:30
Locatie

16.30

Voorzitter
J.H. Oosters

Agendapunten

  1. 0.06.H

    Essentie / samenvatting:
    De Hoge Raad heeft op 10 juni 2022 uitspraak gedaan over het cassatieverzoek van nv REMU Houdstermaatschappij (nv REMU) op ENECO nv. In deze uitspraak is nv REMU in het ongelijk gesteld. Met deze cassatie uitspraak door de Hoge Raad is nv REMU ook uitgeprocedeerd, er zijn geen andere beroepsmogelijkheden meer. Nv REMU is in stand gehouden enkel met het doel om de juridische en financiële procedure met Eneco nv te kunnen voeren. Naar aanleiding van de uitspraak van de Hoge Raad kan nv REMU conform het advies van de directie nv REMU worden opgeheven en het bestuur worden ontbonden.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. op grond van het advies van de directie van nv REMU Houdstermaatschappij dat er geen publiek belang meer is om nv REMU in stand te houden, op basis van het Arrest Hoge Raad van 10 juni 2022 (nr. 21/00980), en het bestuur na vereffening kan worden gedetacheerd, de heren Strijk en Schaddelee als lid van de Raad van Commissarissen van nv REMU (RvC) te verzoeken in te stemmen met ontbinding en liquidatie van voornoemde maatschappij op het moment dat de directie daartoe een verzoek opstelt. Zij beiden zijn op persoonlijke titel benoemd als lid van de RvC;
    2. gedeputeerden Strijk en Schaddelee, als aandeelhouders namens de provincie Utrecht, te mandateren om in te stemmen met de ontbinding en liquidatie van nv REMU Houdstermaatschappij op het moment dat op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van voornoemde houdstermaatschappij daartoe een voorstel is geagendeerd, zolang de wensen en bedenkingen van PS geen aanleiding geven om hiervan af te zien;
    3. de ontbinding en liquidatie van nv REMU Houdstermaatschappij via een wensen en bedenkingen voor te leggen aan PS;
    4. de statenbrief inclusief een daarin aangekondigde wensen en bedenkingenprocedure ‘Besluit tot het ontbinden en liquidatie van nv REMU vast te stellen en te versturen naar Provinciale Staten;
    5. gedeputeerde Strijk te mandateren de memorie van beantwoording op de wensen en bedenkingenprocedure in overleg met gedeputeerde Schaddelee vast te stellen en namens GS te besluiten al dan niet in te stemmen met ontbinding en liquidatie van nv REMU nadat Provinciale Staten hun wensen en bedenkingen terzake ter kennis van Gedeputeerde Staten hebben kunnen brengen.

  2. 0.09.H

    Essentie / samenvatting:
    Onderdeel van een integere organisatie is transparantie, daarom is in de gedragscode voor GS vastgelegd dat geschenken worden geregistreerd. Deze informatie wordt openbaar gemaakt zodat iedereen kan zien welke geschenken zijn ontvangen en wie de gever van het geschenk is. Dit overzicht betreft het tweede kwartaal 2022.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. vast te stellen dat er in het tweede kwartaal 2022 geen geschenken boven de €50,- zijn ontvangen;
    2. kennis te nemen van de ontvangen geschenken in het tweede kwartaal 2022 onder de € 50,-;
    3. kennis te nemen van de publicatie van de overzichten van de ontvangen geschenken over het tweede kwartaal 2022 op de provinciale website.

  3. 01D

    Essentie/ samenvatting
    Gedeputeerde Schaddelee is wegens ernstige vermoeidheidsklachten voor langere tijd afwezig. De portefeuille van gedeputeerde Schaddelee zal daarom, totdat hij zijn werkzaamheden kan hervatten, per direct tijdelijk worden verdeeld onder zijn collega-bestuurders.

  4. 03

    Essentie / samenvatting:
    In 2021 is door 19 gemeenten een subsidieaanvraag ingediend voor de regeling versterking vitaliteit binnensteden dorpskernen en winkelcentra. Het eerste kwartaal van 2022 zijn daarvoor beschikkingen afgegeven. In de uitvoeringsverordening stond opgenomen dat binnen 12 maanden na verlening van de subsidie, de activiteiten afgerond moesten zijn. Vanuit gemeenten zijn signalen binnengekomen dat de planning om binnen 12 maanden alle activiteiten af te ronden en te komen tot de gewenste resultaten, te kort is. Het verzoek vanuit gemeenten is om een ruimere planning te kunnen hanteren om op die manier de activiteiten goed uit te kunnen voeren. Om gemeenten en stakeholders in binnensteden en dorpskernen de ruimte te geven om de activiteiten goed af te ronden is een wijziging in de uitvoeringsverordening noodzakelijk.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het ‘Wijzigingsbesluit GS tot wijziging van Uitvoeringsverordening subsidie Versterking vitaliteit binnensteden, dorpskernen en winkelcentra provincie Utrecht’ vast te stellen;
    2. de ‘Statenbrief betreffende Wijziging Uitvoeringsverordening subsidie Versterking vitaliteit binnensteden, dorpskernen en winkelcentra provincie Utrecht’ vast te stellen en door te sturen naar Provinciale Staten.

  5. 04

    Essentie / samenvatting:
    Het college van de gemeente Houten is voornemens de gevraagde omgevingsvergunning voor Windpark Goyerbrug in behandeling te nemen. Dit is een behandeling van een nieuwe aanvraag omgevingsvergunning, na eerdere vernietiging door de Raad van State van de omgevingsvergunning als gevolg van een andere uitspraak waarin het geldende landelijke normenstelsel buiten toepassing werd verklaard. BVNL heeft vragen over deze behandeling van de nieuwe aanvraag omgevingsvergunning.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Dercksen van BVNL betreffende Windpark Goyerbrug vast te stellen en te verzenden aan Provinciale Staten.

  6. 05

    Essentie / samenvatting:
    Het IPO-bestuur vergadert op 4 oktober 2022 en vanuit de provincie Utrecht is er een annotatie voor deze bestuursvergadering opgesteld.

  7. 07

    Essentie / samenvatting:
    Beschikbaarheid van energie-infrastructuur is een belangrijke randvoorwaarde voor de energietransitie, maar ook voor de verstedelijkingsopgave en economische ontwikkeling. Door de grote toename van vraag en aanbod van elektriciteit ontstaan er knelpunten in het energiesysteem. In de provincie Utrecht zijn er beperkingen voor het terugleveren van elektriciteit aan het netwerk. Zowel overheden als netbeheerders hebben de behoefte uitgesproken om samen te werken aan ‘integrale programmering’ van de regionale energie-infrastructuur om daarmee knelpunten zo veel mogelijk te voorkomen. Conform afspraken tussen IPO, VNG, ministerie van EZK en Netbeheer Nederland vervullen provincies hierin een regierol. Het Rijk stelt hiervoor extra middelen beschikbaar vanaf 2023. In samenwerking met de netbeheerders en de regio’s is een startnotitie voor het integraal programmeren van de regionale energie-infrastructuur opgesteld. Het is een verkenning van wat integraal programmeren in het energiesysteem in kan houden en een inventarisatie van de vraagstukken en dilemma’s die daarbij spelen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de ‘Startnotitie energie-infrastructuur’ vast te stellen’;
    2. direct te starten met de uitvoering van de ‘Startnotitie energie-infrastructuur’;
    3. de rol- en taakopvatting van de provincie nader uit te werken en uiterlijk eind eerste kwartaal 2023 voor te leggen aan Gedeputeerde Staten;
    4. ten behoeve van de nadere uitwerking van de rol- en taakopvatting van de provincie voor eind 2022 een bewustwordingstraject in de organisatie uit te zetten waarin dilemma’s en consequenties voor het takenpakket van de provincie nader worden verkend;
    5. de statenbrief ‘Startnotitie energie-infrastructuur’ vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

  8. 08

    Essentie / samenvatting:
    Er vinden op 6 oktober 2022 twee hoorzitting plaats over een bij gedeputeerde staten ingediend administratief beroep. De ‘Verordening bezwaarschriften, klachten en administratief beroep provincie Utrecht 2021” stelt dat bij de behandeling van een beroepschrift de kamer uit twee leden die voorzitter of plaatsvervangend voorzitter van de commissie zijn, alsmede een door gedeputeerde staten aangewezen, ander lid. Bij dit besluit wordt voor de twee hoorzittingen van 6 oktober 2022 (gaande over hetzelfde administratieve beroep) een lid door gedeputeerde staten aangewezen om het beroep te behandelen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten mevrouw M.E.T. Vink-Van Oostveen aan te wijzen als lid van de commissie voor twee hoorzittingen op 6 oktober 2022 over een administratief beroep, welke hoorzittingen plaats zullen vinden op 6 oktober 2022 in het provinciehuis Utrecht.

  9. 10

    Essentie / samenvatting:
    De Omgevingswet vraagt van ons als overheden om nauwer samen te werken. Als de wet in werking is getreden moeten overheden handelen als één overheid. In de regio Utrecht is daarom met alle partners (provincie, gemeenten, waterschappen, omgevingsdiensten en andere ketenpartners) intensief samengewerkt aan een set van afspraken over hoe we onder de Omgevingswet gaan samenwerken en dan met name over het instrumentarium vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) De voorliggende intentieovereenkomst-VTH bevat de bestuurlijke afspraken. Deze bieden de gezamenlijke uitgangspunten voor de samenwerking in de regio bij de uitvoering van de Omgevingswet. Partijen leggen daarvoor in de intentieovereenkomst de door hen gemaakte afspraken op hoofdlijnen vast en ook de wijze waarop zij deze verder zullen uitwerken, evalueren en door ontwikkelen. Die uitwerking vindt plaats in de ambtelijke werkafspraken. In de intentieovereenkomst staat ook aangegeven hoe en waar evaluatie plaatsvindt en hoe besluitvorming over aanpassingen en doorontwikkelingen plaats zal vinden. De intentieovereenkomst vervangt de Samenwerkingsovereenkomst Wabo (SOK Wabo) van 12 oktober 2010. Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet vervalt de Wabo en daarmee de SOK Wabo (zie bijlage 2).

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de Regionale Intentieovereenkomst VTH-Omgevingswet vast te stellen;
    2. de Samenwerkingsovereenkomst Wabo van 12 oktober 2010 in te trekken;
    3. dat de intentieovereenkomst en de intrekking van de Samenwerkingsovereenkomst Wabo gelijktijdig met de Omgevingswet in werking treden;
    4. gedeputeerde Schaddelee te mandateren om de intentieovereenkomst te ondertekenen.