Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

GS-Besluiten

dinsdag 29 november 2022

09:30 - 12:30
Locatie

16.30

Voorzitter
J.H. Oosters

Agendapunten

  1. 0.04.H

    Essentie / samenvatting:
    GS hebben in 2022 onderzoek uitgevoerd naar ‘klachtbehandeling’ in het kader van artikel 217a van de Provinciewet. Klachtbehandeling in de organisatie is op verschillende wijzen vormgegeven in het verlengde van de verschillende primaire processen. Klachtbehandelaren geven als zelfstandige professionals uitvoering hieraan. Het beeld van de onderzoekers over dit proces is positief. Uit het onderzoek volgt een drietal aanbevelingen en in de bestuurlijke reactie wordt voorgesteld hoe deze aanbevelingen over te nemen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het rapport GS-onderzoek 2022 Op weg naar gezamenlijk leren van klachten (inclusief Managementreactie) vast te stellen, en in te stemmen met het formuleren van gezamenlijke doelstellingen van klachtbehandeling (aanbeveling 1), de vorming van een netwerk van klachtbehandelaren voor collegiaal overleg en intervisie (aanbeveling 2) en de versterking van de verbinding met klagers (aanbeveling 3);
    2. de statenbrief Rapport GS-onderzoek 2022 Klachtbehandeling (art. 217a Provinciewet) met de bestuurlijke reactie vast te stellen en met het rapport ter informatie toe te zenden naar Provinciale Staten;
    3. de brief Aanbieding rapport GS-onderzoek 2022 Klachtbehandeling (art. 217a Provinciewet) vast te stellen en met het rapport ter informatie toe te zenden naar de Randstedelijke Rekenkamer;
    4. het rapport GS-onderzoek 2022 Klachtbehandeling aan de accountant van de provincie te verstrekken.

  2. 0.06.H

    Essentie / samenvatting:
    Na een afwijzing van een subsidieaanvraag voor een windmolen in het kader van de regeling Jonge Landbouwers 2018 van het Plattelandsontwikkelingsprogramma (POP3), heeft aanvrager bezwaar ingediend. Dit bezwaar is door Gedeputeerde Staten van provincie Utrecht (GS) op 24 maart 2020 ongegrond verklaard. Subsidieaanvrager is tegen dit besluit in beroep gegaan bij de rechtbank Midden-Nederland. De rechtbank heeft op 15 maart 2021 het beroep ongegrond verklaard en het besluit van GS in stand gelaten. Hiertegen heeft aanvrager hoger beroep aangetekend. De Raad van State heeft op 14 september 2022 het hoger beroep wel gegrond verklaard, de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland en het besluit op bezwaar van GS vernietigd, en GS opgedragen een nieuw besluit op bezwaar te nemen. Tevens heeft de Raad van State GS gelast de proceskosten en betaalde griffierechten te vergoeden. GS neemt ter uitvoering van die uitspraak hierbij een nieuw besluit op bezwaar. Het bezwaar wordt gegrond verklaard en er wordt overgegaan tot verlening van subsidie in het kader van de regeling Jonge Landbouwers 2018.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het bezwaar (zaaknummer 18071000018) tegen het besluit van 4 juli 2019 gegrond te verklaren;
    2. de aanvraag om subsidie van 28 december 2018 alsnog te honoreren en subsidie te verlenen tot een bedrag van € 10.320,- in het kader van de Jonge Landbouwersregeling 2018 van de provincie Utrecht.

  3. 0.11.H

    Essentie / samenvatting: Gedeputeerde Staten informeren Provinciale Staten jaarlijks over verschillende (kleinere) onderwerpen van het natuurbeleid, waarover is afgesproken de informatie zoveel mogelijk gebundeld te leveren. Voor 2022 zijn dit de door provincie Utrecht aangeleverde gegevens aan de Achtste Voortgangsrapportage Natuur, gegevens van de Jaarlijkse inventarisatie Landelijk Gebied (in 2021 uitgevoerd in de Lopikerwaard en uiterwaarden Lek), de zomerganzentelling 2022 en onderzoeken naar de staat van instandhouding van kamsalamander en grote modderkruiper binnen de provincie Utrecht.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief ‘Ecologische Rapportages 2022’ vast te stellen en deze aan de Staten te versturen.

  4. 0.14.H

    Essentie / samenvatting:
    Provincie Utrecht heeft middels de beheerovereenkomst Linge 2021 van 5 januari 2021 het vaarwegbeheer en nautisch beheer van de rivier de Linge, voor zover gelegen op het grondgebied van de gemeente Utrecht in medebewind overgedragen aan het waterschap Rivierenland. Gebleken is dat bij de uitvoering van het beheer van de Linge door het waterschap persoonsgegevens worden verwerkt. In de huidige beheerovereenkomst Linge 2021 ontbreekt echter een bepaling omtrent de verdeling van de verantwoordelijkheid voor het verwerken van persoonsgegevens. Door middel van het addendum WRL bij Beheer en onderhoudsovereenkomt Linge wordt, ter invulling van de wens van het waterschap Rivierenland en de provincie Utrecht, aan de Beheerovereenkomst Linge 2021 een bepaling toegevoegd waarin is opgenomen dat het waterschap Rivierenland voor de verwerking van persoonsgegevens in het kader van de beheerovereenkomst Linge 2021 verwerkingsverantwoordelijke is zoals bedoeld in artikel 4 sub 7 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten het addendum WRL bij de Beheerovereenkomst Linge 2021 gesloten tussen het waterschap Rivierenland en de provincie Utrecht, vast te stellen en aan te gaan.

  5. 03

    Essentie / samenvatting:
    Onder verantwoordelijkheid van de Provinciale Regietafel (PRT) geven de Utrechtse gemeenten en de provincie in Bod 3.0 aan wat onze bijdrage is aan de landelijke opgaven van asielopvang en huisvesting statushouders. Hierin is opgenomen wat de projecten daarbij van het Rijk nodig hebben en waaróm. Daarnaast vraag het Bod om financiële ondersteuning om het Kansenmakersteam ook in 2023 door te zetten en uit te bouwen. Dit aanbod, en de bijbehorende vraag, is gebaseerd op intensief ambtelijk en bestuurlijk contact met alle 26 Utrechtse gemeenten. Het bod vraagt aandacht voor twee typen ondersteuning: - bij het haalbaar maken van specifieke projecten; - bij het voorzetten en versterken van het Kansenmakersteam.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten wordt gevraagd het volgende te besluiten:
    1. het Bod 3.0 (Brief aan het Rijk + Bijlage A: Projectenoverzicht) vast te stellen en aan te bieden aan het Rijk;
    2. de statenbrief ‘’Bod 3.0 van de Utrechtse PRT’’ vast te stellen en ter informatie naar Provinciale Staten toe te zenden.

  6. 05

    Essentie/ samenvatting:
    De uitvoering van de Agenda Vitaal Platteland wordt in 2023 voortgezet. Subsidieverlening is een van de instrumenten die hiervoor worden ingezet. Dit gebeurt op grond van de Uitvoeringsverordening subsidie Agenda Vitaal Platteland. Het is van belang om de Uitvoeringsverordening subsidie Agenda Vitaal Platteland te actualiseren voor de subsidieperiode vanaf 2023. Gezien de aard van de wijzigingen, mede met het oog op de leesbaarheid, wordt de voorkeur gegeven aan vaststelling van een nieuwe subsidieregeling onder intrekking van de huidige uitvoeringsverordening. Daarmee wordt een goede basis voor voortzetting van de uitvoering binnen de Agenda Vitaal Platteland, en als vertrekpunt voor ontwikkelingen in de toekomst.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het Besluit tot vaststelling van de Subsidieregeling Agenda Vitaal Platteland provincie Utrecht (Subsidieregeling Agenda Vitaal Platteland provincie Utrecht), geregistreerd onder UTSP-814175531-34, vast te stellen en te publiceren in het Provinciaal Blad;
    2. de Statenbrief nieuwe Subsidieregeling Agenda Vitaal Platteland vast te stellen en doorsturen naar Provinciale Staten.

  7. 07

    Essentie / samenvatting:
    Door Gedeputeerde Staten (hierna: GS) is een ontheffing verleend aan de Faunabeheereenheid Utrecht in het kader van de Wet natuurbescherming (hierna: Wnb) voor het doden van knobbelzwanen met een geweer ter ondersteuning van verjaagacties, in het belang van het voorkomen of beperken van ‘belangrijke schade’ aan gewassen. Daarnaast is de ontheffing ook verleend voor het uitvoeren van legselreductiemaatregelen, middels het rapen, schudden en prikken van eieren. Hiertegen is bezwaar gemaakt en beroep ingesteld door drie stichtingen. De rechtbank Midden-Nederland heeft, op 31 maart 2022, geconcludeerd dat het bezwaar van stichting Dierenradar ten onrechte niet-ontvankelijk is verklaard en heeft de beslissing op bezwaar vernietigd. Er moet opnieuw op het bezwaar beslist worden en inhoudelijk worden ingegaan op de bezwaargronden. Verder heeft de rechter verwezen naar de uitspraak van 24 februari 2022, waar dezelfde ontheffing ter discussie stond. De rechter heeft in die uitspraak geconstateerd dat de ontheffing op verschillende onderdelen onvoldoende is onderbouwd en heeft de ontheffing geschorst. Besloten is om het bezwaarschrift gedeeltelijk gegrond te verklaren en als gevolg daarvan de ontheffing voor uitvoeren van legselreductiemiddelen in te trekken.

    Besluit

    GS besluiten:
    1. het bezwaarschrift, ingediend tegen de ontheffing van 30 maart 2021 die verleend is aan de Faunabeheereenheid Utrecht, gedeeltelijk gegrond te verklaren en;
    2. de ontheffing van 30 maart 2021, die is verleend voor het uitvoeren van legselreductiemiddelen middels het rapen, schudden of prikken van eieren van de knobbelzwaan (Cygnus olor), op grond van artikel 3.1 tweede en derde lid Wnb, in te trekken.

  8. 08

    Essentie / samenvatting:
    Als gevolg van een gerechtelijke uitspraak was het noodzakelijk om opnieuw te beslissen op het bezwaarschrift van Vereniging Maarn Maarsbergen Natuurlijk tegen een besluit om de herplant van gekapte bomen op een andere locatie toe te staan. De Rechtbank Midden-Nederland heeft geconcludeerd dat er in het oorspronkelijke besluit ten onrechte geen toeslag op het te compenseren oppervlak was opgenomen. Nu door de provincie eerder was toegezegd dat er geen toeslag zou worden opgelegd is zij, als gevolg van het gewekte vertrouwen, gehouden om de schade die daardoor ontstaat te compenseren. Met de ontheffinghouder is overeengekomen dat de extra compensatieverplichting wordt overgenomen door de provincie en zal worden uitgevoerd middels de provinciale compensatiebank. Dit is vastgelegd in de nieuwe beslissing op bezwaar.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de bezwaren van de Vereniging Maarn Maarsbergen Natuurlijk tegen het besluit van 6 april 2017 met nummer 81AB656A, gegrond te verklaren;
    2. de beslissing op bezwaar vast te stellen en te verzenden.

  9. 09

    Essentie / samenvatting:
    Op 9 november jl. hebben de leden van de Provinciale Staten €300.000 beschikbaar gesteld om voedselbanken in de provincie Utrecht te ondersteunen.
    Van het totaalbedrag van €300.000 is een bedrag van €100.000 vanuit de Sociale Agenda ter beschikking gesteld voor directe hulp. Directe ondersteuning aan alle voedselbanken in de provincie Utrecht kan worden geboden middels het verstrekken van een eenmalige Waarderingssubsidie.
    De €100.000 wordt verdeeld onder de 17 voedselbanken in de provincie Utrecht, rekening houdend met het feit dat een Waarderingssubsidie een plafond kent van €10.000 per begunstigde partij. De verdeling van middelen wordt gebaseerd op het gemiddeld aantal afnemers per voedselbank. Hierbij zal de Provincie Utrecht vijf categorieën hanteren (klein – middel – middelgroot - groot – zeer groot). Per categorie worden er bedragen uitgekeerd van €3.000 tot €10.000. Provincie Utrecht hoopt met deze bijdrages de voedselbanken een hart onder de riem te steken.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. een bedrag van €100.000 vast te stellen en te verdelen onder alle 17 voedselbanken in de provincie Utrecht;
    2. de €100.000 beschikbaar te stellen via een Waarderingssubsidie, zodat op korte termijn ondersteuning geboden kan worden;
    3. de €100.000 te verdelen gebaseerd op het gemiddeld aantal afnemers per voedselbank. Hierbij zal de Provincie Utrecht vijf categorieën hanteren (klein – middel – middelgroot - groot – zeer groot). Per categorie worden er bedragen uitgekeerd van €3.000 tot €10.000;
    4. dat de bijdragen enkel uitgegeven dienen te worden aan de inkoop van gezonde voeding.

  10. 10

    Essentie / samenvatting:
    Na consultatie van maatschappelijke organisaties en medeoverheden en bespreking met de Statencommissie is de Uitvoeringsstrategie Landelijk Gebied (ULG) vastgesteld. Het rijk vraagt de provincie de regierol te verbreden naar het hele landelijke gebied van de provincie. Hierom is de gebiedsgerichte aanpak stikstof verbreed naar een provincie dekkende Gebiedsgerichte Aanpak Landelijk Gebied (GGA-LG). De ULG is een uitnodiging aan andere partijen in het landelijk gebied, mede overheden en maatschappelijke/ particuliere organisaties om gezamenlijk invulling te geven aan provinciale doelen en ambities en de doelen en ambities van de partners. In de ULG wordt een vernieuwde werkwijze en sturing gepresenteerd met uitvoering op gebieds- of polder-niveau, sturing op de uitvoering op regionaal niveau met regiostuurgroepen, waarin overheden en (uitvoerende) maatschappelijke organisaties samenwerken. En een provinciale stuurgroep van de overheden die knopen doorhakt en die het totaal aan doelen bewaakt. Er is enige discussie over maar vooral ook veel steun voor de voorgestelde aanpak. Vanuit aangedragen inbreng is de ULG op een aantal punten verduidelijkt en aangevuld, bijvoorbeeld het zorgen voor maatwerk op gebiedsniveau, het borgen van een vorm van onafhankelijkheid op gebieds- en regioniveau en voldoende middelen en capaciteit voor de deelnemende partijen. De oproep is om snel samen aan de slag te gaan en vooral samen gedurende het proces de beste oplossingen te vinden en leren door te doen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de notitie Uitvoeringsstrategie Landelijk Gebied (221122) met daarin de werkwijze van gebiedsgerichte uitvoering in het landelijk gebied van Utrecht, inclusief de Reactienotitie Consultatie Uitvoeringstrategie Landelijk Gebied, vast te stellen;
    2. de Statenbrief betreffende vaststelling Uitvoeringsstrategie landelijk gebied vast te stellen en ter informatie aan Provinciale Staten toe te zenden.

  11. 12

    Essentie / samenvatting:
    Dit voorjaar heeft Stedin een brief gestuurd aan het College met het verzoek tot een nadere verkenning van het aandeelhouderschap in Stedin ter versterking van het eigen vermogen met €1,8 miljard. Dit is noodzakelijk om in totaal €8 miljard aan investeringen te kunnen doen in uitbreidingen van het regionale elektriciteitsnetwerk en zo netcongestie op te lossen en verdere congestie te voorkomen. Ten aanzien van het verzoek van Stedin trekt de provincie Utrecht samen op met de andere zogenaamde cornerstone investors; provincies Zeeland, Zuid-Holland en gemeenten Amersfoort en Utrecht. Op 7 november 2022 heeft een bestuurlijk overleg plaatsgevonden tussen deze cornerstone investors en Stedin. Hierin is een aantal condities gesteld ten aanzien van een eventueel aandeelhouderschap. Deze condities worden de komende periode verder verkend. Middels bijgevoegde Statenbrief worden de Staten geïnformeerd over het verzoek vanuit Stedin, een eerste inhoudelijke analyse en het vervolg.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief ‘'Verkenning aandeelhouderschap Stedin' vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

  12. 13

    Essentie / samenvatting:
    In mei 2022 hebben Provinciale Staten de Nota van Uitgangspunten voor de Nieuwe OV concessie vastgesteld. Op basis van deze Nota van Uitgangspunten, die een uitgebreid inspraaktraject kende, is een ontwerp Programma van Eisen ("ontwerp PvE") voor de nieuwe OV concessies opgesteld. Na vaststelling van het ontwerp PvE hebben reizigersplatform ROCOV, gemeenten en omliggende vervoersautoriteiten en wegbeheerders, de gelegenheid een reactie op dit ontwerp PvE te geven. Het ontwerp PvE wordt ter informatie aan Provinciale Staten verzonden met bijgevoegde Statenbrief.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het ontwerp Programma van Eisen voor de nieuwe OV concessies vast te stellen;
    2. de Statenbrief ‘Kennisname vaststelling ontwerp Programma van Eisen nieuwe OV concessies’ vast te stellen en samen met het ontwerp Programma van Eisen ter informatie aan Provinciale Staten toe te sturen.

  13. 15

    Essentie / samenvatting:
    Westfort Vleesverwerking B.V. te IJsselstein gebruikt grondwater in haar productieproces. De verlening van een gemeentelijke omgevingsvergunning aan Westfort voor de aanleg van een extra bronnenpaar voor een uitbreiding van de grondwateronttrekking stuit af op een verbodsbepaling uit de Interim Omgevingsverordening (IOV). De locatie bevindt zich in de boringsvrije zone van de drinkwaterwinning Nieuwegein en het verbod betreft een boorverbod dieper dan MV -40 m. Beleidsinhoudelijk is er geen bezwaar tegen de uiteindelijke vergunningverlening. De IOV voorziet echter nog niet in de daarvoor benodigde vrijstelling. Die vrijstelling is wel in voorbereiding, maar zal pas via de 1e herziening van de Omgevingsverordening op 1 januari 2024 van kracht worden. Om de omgevingsvergunningen nu al aan Westfort te kunnen verlenen, is het nodig dat GS besluiten het betreffende boorverbod vooruitlopend op de opname van een vrijstellingsregeling in de nieuwe Omgevingsverordening in dit concrete geval terzijde te stellen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de verbodsbepaling als bedoeld in artikel 3.38a, eerste lid sub 1 juncto artikel 3.40 van de Interim Omgevingsverordening, vooruitlopend op de 1e herziening van de nieuwe Omgevingsverordening, terzijde te stellen voor zover het de bedrijfslocatie van Westfort Vleesverwerking B.V. te IJsselstein betreft;
    2. de brief met een toelichting hierop aan Westfort Vleesbewerking B.V. vast te stellen en te versturen;
    3. een afschrift van deze brief aan de gemeente IJsselstein toe te zenden.

  14. 16

    Onderdeel van een integere organisatie is transparantie, daarom is in de gedragscode voor GS vastgelegd dat
    geschenken worden geregistreerd. Deze informatie wordt openbaar gemaakt zodat iedereen kan zien welke
    geschenken zijn ontvangen en wie de gever van het geschenk is. Dit overzicht betreft het derde kwartaal
    2022.Robert Strijk heeft deze periode geen geschenken ontvangen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. vast te stellen dat er in het derde kwartaal 2022 geschenken boven de €50,- zijn ontvangen;
    2. kennis te nemen van de ontvangen geschenken in het derde kwartaal 2022 onder de € 50,-;
    3. kennis te nemen van de publicatie van de overzichten van de ontvangen geschenken over het derde kwartaal 2022 op de provinciale website.