- Locatie
16.79
- Voorzitter
- J.H. Oosters
Agendapunten
-
0.05.H
Essentie / samenvatting:
Op 27 januari jl. zijn door dhr. Overkleeft schriftelijke vragen gesteld omtrent ”verdere proces RESen, in het kader van het uitstel van de Omgevingswet”. Zoals gevraagd wordt dit toegelicht in het memo Proces projectprocedure RES in het kader van het uitstel van de Omgevingswet.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Overkleeft van D66 betreffende verdere proces RESen, in het kader van het uitstel van de Omgevingswet vast te stellen en te verzenden.
-
0.07.H
Essentie / samenvatting:
Op 8 maart 2023 ondertekent de provincie samen met de Hogeschool Utrecht, de gemeenten Amersfoort en Utrecht de intentieovereenkomst Logistiek Platform Utrecht (LPU). Met deze intentieovereenkomst spreken de partners af elkaar periodiek te ontmoeten met als doel de samenwerking in het logistieke werkveld te versterken.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. de intentieovereenkomst Logistiek Platform Utrecht (LPU), vast te stellen en aan te gaan;
2. de bijgaande Statenbrief Intentieovereenkomst Logistiek Platform Utrecht vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten. -
0.08.H
Essentie / samenvatting:
De provincie Zuid-Holland wil het Utrechtse deel van buslijn 80 (Gorinchem-Vianen) opheffen, gezien lage aantallen reizigers. Dit is onwenselijk, gezien het belang van deze lijn voor de Utrechtse kernen Meerkerk en Lexmond. De provincie Zuid-Holland is bereid deze lijn tot uiterlijk december 2025 door te blijven rijden als de provincie Utrecht het deel op Utrechts grondgebied betaalt. Dit is op dit moment de meest praktische en wenselijke oplossing, en wordt in een overeenkomst (met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2023) tussen de provincies Zuid Holland en Utrecht vastgelegd.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. de overeenkomst tussen provincie Zuid Holand en provincie Utrecht inzake buslijn 80 tussen Meerkerk A7-N214 en Vianen Lekbrug vast te stellen;
2. de Statenbrief inzake de overeenkomst met provincie Zuid Holland inzake de overeenkomst met provincie Zuid-Holland over lijn 80 vast te stellen en ter informatie te versturen aan Provinciale Staten. -
03
Essentie / samenvatting:
Op 21 september jl. heeft u een besluit genomen over het statenvoorstel Tussenbalans Regionale Energiestrategieën (RES) Provincie Utrecht. Hierin is besloten dat de provincie start met een verkenning als voorbereiding op een projectbesluit- of inpassingsplanprocedure indien er op 1 december 2022 onvoldoende windlocaties zijn aangeleverd om 1 TWh windenergie in 2030 te realiseren. Uit de Provinciale Rapportage Voortgang Windenergie blijkt dat meerdere gemeenten positief staan tegenover windenergie. Tegelijkertijd komt in de rapportage naar voren dat de plannen op dit moment onvoldoende (concreet) zijn om zicht te hebben op realisatie voor 2030. Zoals aangegeven in de statenbrief Vervolgproces Tussenbalans Regionale Energiestrategieën van 20 december jl. is in lijn met het statenvoorstel van 21 september jl. de eerste stap de publicatie van de ontwerp Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD). Bij deze publicatie hoort een kennisgeving over het voornemen van en de participatie tijdens de projectbesluitprocedure en de kennisgeving over het voornemen projectbesluit. De ontwerp NRD bevat onder andere informatie over welke milieueffecten onderzocht zullen worden in het planMER (plan-milieueffectrapport), en hoe deze onderzocht gaan worden. De ontwerp NRD zal ook input zijn voor het startgesprek ten behoeve van de projectbesluitprocedure dat gevoerd zal worden met Provinciale Staten na de Provinciale Statenverkiezingen. Het planMER zelf biedt vervolgens niet alleen de basis voor onze procedure, maar ook voor het windgedeelte van het planMER voor herijking van de drie RES’en. Daarnaast geeft het planMER de benodigde informatie voor gemeenten die zelf windlocaties mogelijk willen maken. Op verzoek van enkele gemeenten, waterschappen en Rijkswaterstaat zijn daarom ook zoekgebieden toegevoegd.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. anticiperend op de Omgevingswet de projectprocedure te doorlopen voor nog te onderzoeken windenergielocaties;
2. het Participatieplan planMER Windenergie PU vast te stellen;
3. de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) PlanMER windenergie provincie Utrecht vast te stellen en voor de termijn van 6 weken ter inzage te leggen;
4. van het voornemen, de participatie en de ontwerp NRD een kennisgeving te doen;
5. de ‘Brief aan gemeenten over planMER windenergie’ vast te stellen;
6. de ‘Provinciale Rapportage Voortgang Windenergie’ vast te stellen;
7. de Statenbrief betreffende Voortgang Windenergie vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten. -
04
Essentie / samenvatting:
Het Besluit omgevingsrecht en de 'Verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving omgevingsrecht' vereisen dat het bevoegde gezag voor de uitvoering van de vergunningverlenings-, uitvoerings- en handhavingstaken (VTH-taken) een beleidskader vaststelt. Bij de provincie Utrecht zijn deze kaders vastgelegd in het provinciale Beleidsplan VTH 2016-2019, de provinciale Strategie VTH Omgevingsrecht 2016-2019 en de regionale Uniforme Uitvoerings- en handhavingsstrategie. Deze kaders zijn verlengd tot de eerder verwachte datum van inwerkingtreding van de Omgevingswet: 1 januari 2023. De geldigheid van deze beleidsdocumenten liep dus af per 1 januari 2023. Onder de toekomstige Omgevingswet dienen de kaders voor VTH aangepast te worden aan de nieuwe eisen. In 2022 is gestart met het actualiseren van het bestaande provinciale VTH-beleid. Gezien de nieuwe datum voor het inwerkingtreden van de Omgevingswet en de aanstaande provinciale statenverkiezingen worden het bestaande VTH-beleid en de bijbehorende strategie verlengd tot de Omgevingswet in werking treedt.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. het Beleidsplan Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving 2016-2019 met terugwerkende kracht van 1 januari 2023 tot de datum van het inwerkingtreden van de Omgevingswet vast te stellen en in het Provinciaal Blad te publiceren;
2. de Provinciale Strategie Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving Omgevingsrecht 2016-2019 met terugwerkende kracht van 1-1-2023 tot de datum van het in werking treden van de Omgevingswet vast te stellen en in het Provinciaal Blad te publiceren;
3. de Statenbrief en het verlengingsbesluit vast te stellen en beide ter kennisneming toe te zenden aan Provinciale Staten. -
05A
Essentie / samenvatting:
Het betreft de formele afhandeling van een klacht (21.002.001) van 18 mei 2021 over geluidsoverlast door de tram en de daaraan gekoppelde wijze van communiceren. Deze klacht is onafgehandeld blijven liggen, omdat de steller er (ten onrechte) vanuit ging dat de beslissing van de Awb-Adviescommissie voldoende was.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. het oordeel van de Awb-Adviescommissie over Klacht 21.002.001 over de wijze van afhandelen over te nemen;
2. voor de motivering van de beslissing op de klacht, met toepassing van artikel 3:49 van de Algemene wet bestuursrecht, te verwijzen naar dit advies van de Awb-Adviescommissie;
3. de brief ‘Beslissing op de klacht over de wijze van communiceren over geluidsoverlast door de tram’ te ondertekenen en aan klager te verzenden. -
06
Essentie / samenvatting:
Gedeputeerde Schaddelee hervat met ingang van 27 februari 2023 zijn werkzaamheden weer volledig. Vanwege de omvang van de portefeuille en een goede onderlinge verdeling is besloten dat het onderdeel Recreatie en Toerisme tot de overdracht naar een volgend college bij gedeputeerde Van Muilekom blijft.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. de portefeuilles van de gedeputeerden Schaddelee en Van Muilekom met ingang van 27 februari 2023 tot de overdracht naar een volgend college als volgt vast te stellen:
- gedeputeerde Schaddelee: Mobiliteit, Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving en Communicatie en Participatie.
- gedeputeerde Van Muilekom: Binnenstedelijke Ontwikkeling, Wonen, Cultuur & Erfgoed, Gezonde leefomgeving en Hart van de Heuvelrug en Recreatie en Toerisme.
2. de verdeling van de ambstgebonden nevenfuncties opnieuw te bekijken en te verdelen;
3. de Statenbrief “werkhervatting gedeputeerde Schaddelee” vast te stellen en ter informatie naar Provinciale Staten te sturen. -
09
Essentie / samenvatting:
Twee jaar na de start van de concernopdracht Datagedreven provincie heeft de Eenheid Concern Control met Berenschot onderzocht hoe de digitale transformatie naar een datagedreven provincie vordert (1-meting). Daarbij is ook onderzocht hoe de provincie omgaat met strategische kaders en wetgeving voor digitalisering afkomstig van het Rijk en de Europese Commissie (EC). De EC en het Rijk willen daarmee de digitalisering van de maatschappij inclusief overheid versterken en in goede banen leiden. De resultaten van het onderzoek geven inzicht in waar de provincie staat in de ontwikkeling naar een datagedreven organisatie en mate waarin de provincie data en technologie inzet voor de maatschappelijke opgaven. Met de aanbevelingen uit het onderzoek kan de provincie bijsturen op deze ontwikkeling en de aanpak herijken.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. het rapport Opschakelen – Datagedreven provincie 1-meting met de managementreactie van het CMT vast te stellen;
2. de Statenbrief recente onderzoeken vast te stellen en deze met het rapport Opschakelen – Datagedreven provincie 1-meting en het rapport Verkenning provinciale rol in de digitale ruimte ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten. -
10
Essentie / samenvatting:
De provincie Utrecht (hierna: de provincie) heeft samen met andere publieke en private partijen een gezamenlijke ambitie om schoon, duurzaam en efficiënt goederenvervoer te stimuleren. De provincie doet dit onder andere door beter gebruik te maken van de bestaande vaarwegen, met duurzame vaar- en voertuigen (inclusief voor- en natransport). Hierbij hanteert de provincie het motto: ‘Varen waar het kan, rijden als het moet’. Met de “Samenwerkingsovereenkomst uitvoeringsorganisatie Schoon Goederenvervoer over Water provincie Utrecht” (hierna: de samenwerkingsovereenkomst) maken de provincie en de samenwerkingspartners de stap van ambities naar verbinden en doen: de samenwerkingsovereenkomst maakt het instellen van een programmabureau mogelijk dat bedrijven in praktische zin gaat ondersteunen in schoon en slim transport over water. De samenwerkingsovereenkomst geldt voor de periode 2023 en 2024 met de mogelijkheid tot een jaar verlenging.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. de “Samenwerkingsovereenkomst uitvoeringsorganisatie Schoon Goederenvervoer over Water provincie Utrecht” vast te stellen en aan te gaan;
2. de Statenbrief “Samenwerkingsovereenkomst uitvoeringsorganisatie Schoon Goederenvervoer over Water provincie Utrecht” vast te stellen en ter informatie te sturen aan Provinciale Staten. -
11
Essentie / samenvatting:
Provinciale Staten is op 8 november geïnformeerd over de resultaten van het medewerkersbelevingsonderzoek (MBO) 2022. Op 30 november heeft de portefeuillehouder toelichting gegeven in commissie Bestuur, Economie en Middelen. In deze commissie werd een aanvullend informatieverzoek gedaan betreffende het Medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) 2020 en het MBO 2022. Met de Statenbrief geven we daar invulling aan. Als hoofdlijn uit het MTO 2020 kwam naar voren dat de provinciale organisatie vooral op het vlak van vertrouwen en leiderschap stappen te zetten had. Er is daarvoor in de doorontwikkeling van de bredere organisatieontwikkeling blijvende aandacht geweest. De uitkomsten van het MBO 2022 worden sinds eind november 2022 binnen de domeinen en teams besproken. De gesprekken geven beeld van de overwegingen van medewerkers bij de gegeven antwoorden op de vragen van het MBO 2022 en bieden zo duiding aan de resultaten. Teams en domeinen hebben wel nog de behoefte verder gesprekken te voeren, om acties voor de opvolging te borgen; zowel concernbreed, als op maat.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de Statenbrief “duiding en opvolging medewerkersbelevingsonderzoek” vast te stellen en ter informatie te verzenden aan Provinciale Staten.
-
12
Essentie / samenvatting:
In 2018 heeft de minister van OCW kenbaar gemaakt, voornemens te zijn om op termijn de bestuurlijke. samenwerking volgens de Wet gemeenschappelijke regelingen met de elf Regionaal Historische Centra (RHC’s) te willen beëindigen. De beoogde datum van uittreding is momenteel 1 januari 2025. Een van die RHC’s is Het Utrechts Archief (HUA). HUA beheert onder meer de historische archieven van de rijksinstellingen in de provincie, van de gemeente Utrecht en van de provincie Utrecht. Het adviesbureau Berenschot is gevraagd om de impact en gevolgen van de uittreding in kaart te brengen voor de achterblijvende deelnemers (de gemeente Utrecht en de provincie Utrecht). Dit heeft geresulteerd in de rapportage ‘Toekomstscenario’s voor de organisatie van Het Utrechts Archief’. Met het versturen van een Statenbrief worden Provinciale Staten geïnformeerd over de rapportage. De rapportage wordt ook aangeboden aan Staatssecretaris Uslu. In de begeleidende brief bij de rapportage wordt aandacht gevraagd voor de gevolgen van de uittreding voor de achterblijvende partners (de gemeente Utrecht en de provincie Utrecht).Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten:
1. de gezamenlijke brief van de gemeente Utrecht en de provincie Utrecht aan de staatssecretaris van Cultuur en Media vast te stellen en te versturen;
2. de portefeuillehouders - vertegenwoordigers van de provincie Utrecht in het Dagelijks Bestuur en het Algemeen Bestuur HUA – te mandateren om in afstemming met de gemeente Utrecht tekstuele aanpassingen in de brief toe te passen;
3. de Statenbrief ‘rapportage ‘’Toekomstscenario’s voor de organisatie van Het Utrechts Archief’’ vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten’ en de brief aan de staatssecretaris zoals genoemd onder beslispunt 1 bij te voegen. -
13
Essentie / samenvatting:
De Stichting Personeelsfonds Provincie Utrecht helpt medewerkers van de provincie die financiële zorgen hebben. De huidige statuten van de stichting zijn vastgesteld in 2011. Op 19 januari 2023 heeft het bestuur van de Stichting gewijzigde statuten vastgesteld. In artikel 18.8 van de huidige statuten is vastgelegd dat wijziging van de statuten goedkeuring behoeft van Gedeputeerde Staten. Daartoe liggen de gewijzigde statuten voor.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten de door het bestuur van de Stichting Personeelsfonds Provincie Utrecht op 19 januari 2023 vastgestelde wijziging van de statuten van deze stichting goed te keuren.
-
14
Essentie / samenvatting:
In de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden (Whvbz) is bepaald dat elk jaar vóór aanvang van het zwemseizoen de zwemlocaties voor het betreffende seizoen moeten worden aangewezen. De lijst met zwemlocaties komt tot stand na de 4-jaars beoordeling van de waterkwaliteit (classificatie) en de jaarlijkse beoordeling van de veiligheid voor zwemmers. De RUD Utrecht voert in opdracht van provincie Utrecht de werkzaamheden in het kader van de uitvoering van de zwemwaterregelgeving en deze procedure Aanwijzing zwemlocaties in oppervlaktewater 2023 uit. De verschillende verplichtingen bij de uitvoering van de Whvbz voor de provincie/RUD, de waterschappen en Rijkswaterstaat zijn opgehangen aan de jaarlijkse cyclus van aanwijzing van de zwemlocaties. Het betreft taken als onderzoeken en classificeren kwaliteit zwemwater door de waterbeheerders en uitvoeren veiligheidsinspecties en verzorgen publieksinformatie door de RUD Utrecht. Jaarlijks dienen voor aanvang van het zwemseizoen de zwemlocaties in de provincie Utrecht te worden aangewezen. De lijst met aan te wijzen zwemlocaties voor 2023, is tot stand gekomen na beoordeling van de waterkwaliteit en de veiligheid van de zwemlocaties. Ten opzichte van 2022 zijn er geen wijzigingen in de lijst.Besluit
Gedeputeerde Staten besluiten in te stemmen met de lijst Classificatie officiële zwemlocaties in oppervlaktewater 2019-2023 in de provincie Utrecht ten behoeve van de aanwijzing zwemlocaties provincie Utrecht 2023.