Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

GS-Besluiten

dinsdag 23 november 2021

09:30 - 12:30
Locatie

Teams

Voorzitter
J.H. Oosters

Agendapunten

  1. 0.03.H

    Essentie / samenvatting:
    Dhr. Dercksen van de PVV heeft drie schriftelijke vragen gesteld over de AERIUS habitatkaarten:

    1. is de beschrijving en de vastlegging op de habitatkaarten van AERIUS van de natuurgebieden in de provincie Utrecht ook de status van het moment van aanwijzing van de Natura2000-gebieden, zoals de minister schrijft? Van welk jaar zijn die dan per natuurgebied;
    2. zijn er feitelijke habitatveranderingen in de Utrechtse natuurgebieden die niet op de AERIUS-kaarten en in de omschrijving van de habitat zijn vastgelegd? Zo ja, welke?
    3. wat moet er nog meer gebeuren om van dit dystopische AERIUS-model direct afscheid te nemen?

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Dercksen van de PVV over de AERIUS Habitatkaarten vast te stellen en te verzenden.

  2. 0.05.H

    Essentie / samenvatting:
    Aanvrager van POP3-subsidie heeft een bezwaar ingediend tegen een subsidievaststellingsbesluit, maar dit bezwaar is te laat ingediend. De Awb-adviescommissie van PS en GS (hierna: commissie) adviseert het bezwaar niet-ontvankelijk te verklaren en heeft vanwege de kennelijkheid van de niet-ontvankelijkheid conform de Algemene wet bestuursrecht afgezien van horen (iemand in de gelegenheid stellen zijn of haar gedachten naar voren te brengen).
    Voorliggend B-stuk bevat het voorstel om op basis van het advies van de Awb-commissie het bezwaar niet-ontvankelijk te verklaren en voor de motivering van de beslissing op het bezwaar, met toepassing van artikel 3:49 van de Algemene wet bestuursrecht, te verwijzen naar het advies van de commissie.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. het bezwaarschrift tegen het besluit van GS niet-ontvankelijk te verklaren;
    2. het bestreden besluit d.d. 14 juni 2021 in stand te laten;
    3. de beslissing op bezwaar vast te stellen, te verzenden en voor de motivering – met toepassing van artikel 3:49 van de Algemene wet bestuursrecht – te verwijzen naar het advies d.d. 28 september 2021 van de Awb-adviescommissie van PS en GS.

  3. 0.06.H

    Essentie / samenvatting:
    Het Dagelijks Bestuur van respectievelijk het Plassenschap Loosdrecht e.o. (PL) en het recreatieschap Stichtse Groenlanden (SGL) hebben ingestemd met de 1e begrotingswijziging voor de hun betreffende gemeenschappelijke regeling. Als deelnemer aan de gemeenschappelijke regelingen PL en SGL hebben ook Provinciale Staten (PS) deze documenten ontvangen en worden in de gelegenheid gesteld om een zienswijze in te dienen. Dit op grond van artikel 59 van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr). Sinds het vaststellen van de Nota Verbonden Partijen (5 februari 2018, PS2018BEM01), hebben PS het college gedelegeerd om de aangeboden ontwerpbegroting te behandelen, inclusief de zienswijzeprocedure. Gezien het lopende proces naar de toekomst van RMN en de recreatieschappen wordt voorgesteld geen zienswijze in te dienen naar aanleiding van de 1e begrotingswijziging voor het het Plassenschap Loosdrecht e.o. en het recreatieschap Stichtse Groenlanden.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de 1e begrotingswijziging 2021 voor het recreatieschap Stichtse Groenlanden en het Plassenschap Loosdrecht e.o. voor kennisgeving aan te nemen;
    2. geen zienswijzen op de 1e begrotingswijzigingen in te dienen;
    3. de Statenbrief vast te stellen en deze via de griffie aan te bieden aan PS.

  4. 0.08.H

    Essentie / samenvatting:
    Het ministerie van OCW heeft het voornemen om de bestuurlijk samenwerking volgens de Wet gemeenschappelijke regelingen met de elf Regionaal Historische Centra (RHC) per 1-1-2024 te beëindigen. Een van deze elf RHC waar de samenwerking via de constructie van de gemeenschappelijke regeling mee zal worden beëindigd, is Het Utrechts Archief (HUA). De provincie Utrecht wordt vertegenwoordigd in de GR HUA door gedeputeerden Van Muilekom (lid van het Dagelijks Bestuur en Algemeen Bestuur) en Strijk (lid van het
    Algemeen Bestuur). HUA beheert onder meer de historische archieven van de rijksinstellingen in de provincie, van de gemeente Utrecht en van de provincie Utrecht. Deze drie partijen (de minister van OCW, gemeente en provincie Utrecht) vormen (nu nog) de gemeenschappelijke regeling (GR) HUA. Het algemeen bestuur van HUA heeft opdracht gegeven tot het opstellen van een verkenning van de consequenties van de uittreding van OCW, zowel voor de organisatie HUA als voor de achterblijvende partners. In het kader van de actieve informatieplicht wordt de verkenning met een statenbrief toegezonden aan de Staten.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. kennis te nemen van de inhoud van de verkenning;
    2. de statenbrief ‘Verkenning naar de effecten uittreding OCW uit gemeenschappelijke regeling Het Utrechts Archief ’ vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

  5. 0.10.H

    Essentie / samenvatting:
    Middels dit document wordt goedkeuring gevraagd voor de verkoop van circa 50 m² agrarische grond nabij Oudewater. Stedin wenst ter verbetering en verzwaring van het elektriciteitsnet nabij de Goudse Straatweg 77 te Oudewater grond aan te kopen voor de plaatsing van een nieuwe middenspanningsruimte (hierna trafohuisje).
    De situatie ter plaatse voor Stedin is urgent, ze hebben te maken met spanningsverlies in het elektriciteitsnetwerk. Door de aanwezig kernzone van het waterschap is plaatsing in de berm langs de provinciale weg of op het nabijgelegen opslagterrein niet mogelijk, waardoor is uitgeweken naar het agrarisch perceel kadastraal bekend Gemeente Oudewater sectie D nummer 2 in eigendom van de provincie. Stedin wenst de locatie aan te kopen voor €7500,- k.k. en stelt de zittend pachter volledig schadeloos. Daarnaast wordt op de resterende agrarische grond een opstal recht gevestigd voor de noodzakelijke kabels en leidingen en een recht van overpad ter ontsluiting van het trafohuisje. De vergoeding c.q. koopsom is door grondzaken getoetst en wordt zodoende geacht marktconform te zijn. Voor het te verkopen perceel(gedeelte) zijn geen provinciale doelen voorzien, het perceel(gedeelte) ligt niet binnen of nabij het Natuurnetwerk Nederland. Met de verkoop wordt het lokale elektriciteitsnetwerk verstevigd en dient zodoende een maatschappelijk doel.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. akkoord te gaan met de verkoop van circa 50 m² agrarische grond - kadastraal bekend als Oudewater D 2 gedeeltelijk – aan en het vestigen van een recht van opstal en -overpad ten behoeve van Stedin;
    2. team Grondzaken en Bedrijfsvoering opdracht te geven deze transactie binnen de kaders van de vastgestelde nota grondbeleid het uitvoeringskader grondbeleid 2020 verder uit te voeren en notarieel af te laten handelen;
    3. de met de verkoop gepaard gaande opbrengsten te verrekenen met de balanspost 'grondvoorraad AVP ruilgronden' en de verwachte meeropbrengsten te laten verlopen via de exploitatie van het programma AVP, dat is opgenomen onder beleidsdoel 2.1 Het natuurnetwerk (NNN) is robuust (ontwikkeld).

  6. 04

    Essentie / samenvatting:
    Op 12 oktober 2021 heeft de landelijke netbeheerder TenneT congestie afgekondigd voor het terugleveren van energie op het nationale en regionale energienetwerk in de provincie Utrecht. De PVV heeft hierover artikel 47 vragen gesteld.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van orde Provincie Utrecht van het Statenlid de heer R. Dercksen van de Partij voor de Vrijheid-fractie provincie Utrecht betreffende “RES en het hoofdspanningsnetwerk” vast te stellen en te verzenden.

  7. 07

    Essentie / samenvatting:
    In het programmaplan Energietransitie 2020-2025 is opgenomen dat de provincie Utrecht onderzoekt of er mogelijkheden zijn om grootschalig energie op te wekken middels eigen ‘assets’ en infrastructuur. Bij de reconstructie van de N233 (Rondweg-Oost Veenendaal) doet zich een mogelijkheid voor om energieopwekking te integreren in het wegontwerp. Het verkennend onderzoek is afgerond; het college van Gedeputeerde Staten wordt verzocht in te stemmen met het meenemen van energiewinning als optie in de aanbesteding van de
    nadere uitwerking in de definitieve ontwerpfase. Een definitief besluit over het toevoegen van energiewinning zal pas daarna worden genomen, waarna pas tot uitvoering wordt overgegaan. Omdat er momenteel onvoldoende zicht is op contractuele zekerheid over de langetermijnafname van de duurzaam opgewekte warmte wordt een intentieovereenkomst met de gemeente Veenendaal gesloten, waarin de gemeente toezegt zich in te spannen om zekerheid over warmteafname te geven.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. om het integreren van systemen voor duurzame energieopwekking als optie mee te nemen in de aanbesteding en vervolgens uitwerking van het definitief ontwerp van het project verbreding N233;
    2. de meerkosten voor het uitwerken van de duurzame energieopwekking in het ontwerp van de reconstructie N233 te dekken vanuit het programma Energietransitie;
    3. de intentieovereenkomst ‘Energieopwekking N233’ vast te stellen en aan te gaan;
    4. de statenbrief ‘Energieopwekking N233’ vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

  8. 09

    Essentie / samenvatting:
    De verwachting is dat in de formatie miljarden beschikbaar komen voor een integrale aanpak waarbij de doelen voor stikstof, natuur, klimaat (landbouw en landgebruik) en water samenhangend worden opgepakt. Dit zal gecombineerd worden met beleidsvoorstellen gericht op langjarig perspectief voor de landbouw. De verwachting is dat het Rijk bij de uitwerking in zal zetten op gebiedsgerichte maatregelen, en dat hierin een belangrijke rol bij provincies zal liggen. De provincies stellen voor hier proactief op in te spelen en daarom is een propositie voorbereid.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:Pagina 2 van 3
    1. in te stemmen met de voorgestelde propositie en het IPO-bestuur te verzoeken deze aan het Rijk en de formateurs te doen toekomen;
    2. in te stemmen met het voorstel een provinciale verkenner aan te wijzen die vanuit de provincies samen met de beoogde verkenner van het Rijk (op DG-niveau) nadere voorstellen doet voor een uitvoeringsorganisatie landelijk gebied. De BC Stikstof en de BAC Vitaal Platteland zullen zo snel mogelijk na 23 november een kandidaat aan het IPO-bestuur voordragen.

  9. 11

    Essentie/ samenvatting:
    Voor uitvoering van het LEADER-programma Weidse Veenweiden in west Utrecht is in 2016 een EUsubsidie verleend door GS aan de Stichting Gebiedsontwikkeling Utrecht-West (de Stichting) voor de proces- en uitvoeringskosten. RVO treedt op als betaalorgaan voor het LEADER programma en heeft achteraf vastgesteld dat voor een deel van de verleende subsidie in strijd met het aanbestedingsrecht is gehandeld. Meer specifiek: een personele wisseling van LEADER-coördinatoren in 2017 en 2018 had niet 1 op 1 mogen gebeuren maar had opnieuw moeten worden aanbesteed. In zo’n geval is RVO verplicht bij de vaststelling een sanctie-korting op te leggen. Dit betekent dat de Stichting voor een deel van de
    gemaakte kosten voor de LEADER coördinatoren bij nader inzien geen recht op het eerder verleende subsidiebedrag heeft en een deel van de ontvangen gelden moet terugbetalen. Die bedragen zijn wel uitgegeven en niet meer beschikbaar. De Stichting vraagt om vergoeding van de schade omdat destijds de gang van zaken expliciet met RVO en ons subsidieloket is besproken. In voorliggende besluiten compenseert de provincie de stichting voor kosten van deze sanctie omdat het niet redelijk is de financiële gevolgen hiervan op de Stichting af te wentelen en dat er sprake is van gerechtvaardigd vertrouwen dat de vervanging van de opdrachtnemers op instemming van de provincie mocht rekenen.

    Besluit

    Gedeputeerde Staten besluiten:
    1. de schade die de stichting Gebiedsontwikkeling Utrecht-West lijdt doordat zij in vertrouwen op de subsidie anders heeft gehandeld dan zij zonder de subsidie zou hebben gedaan, te vergoeden op grondslag van artikel 4:50, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht. Die schade bestaat uit de gevolgen van de sanctie op de EU-subsidie voor LEADER coördinatiekosten (2016-2021);
    2. de domeinmanager LLO mandaat te geven om te besluiten de schadevergoeding tot een maximumbedrag van € 163.916.. toe te kennen op basis van een (nog te ontvangen) gemotiveerd verzoek van de Stichting Gebiedsontwikkeling Utrecht-West;
    3. dit bedrag te dekken uit de middelen die vrijvallen als gevolg van de sanctie op de EU-subsidie en aangevuld met de beschikbare middelen uit de begroting 2021 voor POP/Leader.